Noodkreet: 8 maanden isoleercel in de GGZ, waar is de zorg?!

Haar leven werd op pauze gezet. Er is een wachtlijst van 1,5 tot 2 jaar voor de behandelplek op de LIZ waar ze haar hoop op heeft gevestigd. Tijdens de wachttijd is er geen behandeling. Er is enkel een ‘verblijf’ geregeld, en dat ‘verblijf’ is eigenlijk niks meer dan een isoleercel. Daar zit ze nu al 8 maanden. Het gaat elke dag slechter met haar. Zo wil ze niet verder.

Op maandag 23 januari 2023 ontving ik een noodkreet van een moeder die zich ernstig zorgen maakt om haar dochter die al 8 maanden in een isoleercel in de GGZ zit. De situatie is uiterst schrijnend. Ze is al erg beschadigd, en de huidige situatie maakt het allemaal nog veel erger. Het is duidelijk dat deze ‘noodsituatie’ geen dag langer meer mag duren. Maar ondanks woorden als ‘nood’ en ‘crisis’ is de situatie al maandenlang hetzelfde. Zolang als de wachtlijst voortduurt lijkt men niet van plan om enige behandeling te starten. Ze is immers in afwachting van haar plaats, en tot die tijd lijkt haar leven op ‘pauze’ te zijn gezet. Dat is een afschuwelijke situatie.

Het is alsof ze maar even moet ophouden met dingen te voelen, want daar is pas volgend jaar de ruimte voor.

De noodkreet van de moeder resoneerde diep met mijn eigen ervaringen. Opgesloten worden omdat er geen antwoord is voor een gecompliceerde zorgvraag. Ook ik verloor destijds mijn hoop. Dwang verwoest mensenlevens, en dat was ook precies de reden dat Actiegroep Tekeer tegen de isoleer! werd opgericht, inmiddels heet het initiatief Stichting Mind Rights.   

Het is nog steeds hard nodig om in actie te komen tegen het gebruik van isoleercellen en andere vormen van dwang in de GGZ in Nederland. Echte zorg is totaal wat anders dan langdurige opsluiting. Dit is vrijheidsberoving en daarmee een schending van haar fundamentele rechten.

Dat heeft niks met echte zorg te maken. Deze opsluiting moet per direct stoppen.

Dit is wat de moeder me schreef:

Een dringende roep om hulp!

Middels deze noodkreet doe ik met klem een beroep op uw vermogen om mijn 20-jarige dochter te helpen. Haar leven is op dit moment dusdanig uitzichtloos geworden dat haar lust om te leven totaal verdwenen is. Haar doodswens groeit met de dag en ik zie geen manier meer om haar daarvan te weerhouden!

Mensonterende situatie

Mijn dochter verbleef al vanaf 2020 in allerlei crisis GGZ-instellingen, met tussenposes thuis. Pas in 2022 kwam er een klinische opname voor behandeling. Sinds mei 2022 kwam zij aldaar in een isoleercel. En daar verblijft zij nu al 8 maanden in. Dit vanwege zelfbeschadigend gedrag. Voor de instelling is het een beheersmaatregel maar geen behandelinterventie. Het is een interventie die stamt uit de gruwelijke geschiedenis van de psychiatrie. Per week, bestaand uit 168 uur, heeft zij 6 uur contact met de hulpverleners, soms zelfs minder.  Hoe kan dit in Nederland? Haar ziekte vraagt om hulp en aandacht. Maar die ontvangt zij niet. Er wordt geen gehoor gegeven aan de nood van de client. Mijn dochter zit als een gevangene alleen in haar cel met al haar emoties, frustraties en angsten. Het is mensonterend voor een kind van amper 20 jaar jong. Haar cel bestaat uit 4 blinde muren. Er is geen daglicht, geen uitzicht, geen meubilair, matras met ongedierte op de grond en zij krijgt chips uit haar po te eten. Een cel die ervoor zorgt dat zij continu heen en weer beweegt, als een opgesloten dier, fantoom geluiden hoort, angstaanvallen heeft, dagelijks nachtmerries, stikt in haar emoties, wens naar zelfbeschadiging enorm vergroot, geen vertrouwen heeft in hulpverleners. De onbeschrijfelijke eenzaamheid, onveiligheidsgevoelens, fysieke verzwakking, gebrek aan buitenlucht. . . zij heeft haar waardigheid als mens totaal verloren. Dit kan en mag toch zo niet langer?

Extreem lange wachtlijst

Mijn mooie en lieve dochter is een vriendelijke, empathische en intelligente jonge vrouw, maar door de extreme lange en geïsoleerde opsluiting vertoont zij meer zelfbeschadigend gedrag dan ooit. Tijdens de behandeling zag ieder progressie en daarbij voorzag men kans op herstel. Echter door de extreem lange opsluiting, wordt haar de kans ontnomen want opsluiten leidt tot veel behalve herstel.

 Zij is op 16 januari jl overgeplaatst van een GGZ- instelling in Den Haag naar een GGZ-instelling in Eindhoven. Dit in het kader van een overbruggingsperiode van 1,5 tot 2 jaar voordat zij verder behandeld kan worden in Amsterdam. Tot deze tijd gaat zij via een roulatiesysteem naar allerlei plekken door heel Nederland. Van de ene isoleercel naar de andere, zonder enige vorm van behandeling. U begrijpt dat dit iemand zijn dood kan betekenen.

Dolhuys manifest

Daarom wend ik mij – ten einde raad – tot u en doe een dringend beroep op uw vermogen om mijn dochter te helpen op welke wijze ook. Ik hoop niet op ellenlange discussies maar op actie. Haar leven is momenteel uitzichtloos. Haar wil om verder te gaan is bijna verdwenen en dit maakt de situatie 2 voor 12. Geen tijd meer om te wachten. In 2016 hebben instellingen het Dolhuys Manifest ondertekend waarbij professionals, bestuurders en politici zich hebben gecommitteerd zich in te zetten voor humane hulp in plaats van eenzame opsluiting in een cel. Men zou men zich niet meer verschuilen achter bezuinigen en bureaucratische rompslomp. Belemmeringen dienen weggenomen te worden en er dient een garantie te zijn dat cliënten humaan worden verzorgd. Op dit moment is daar bij mijn dochter zeker geen sprake van. Het is de eenzame opsluiting plus een wachtlijst die niet te overzien is.

Ik vraag aan u

Een oplossing waarbij mijn dochter de behandeling krijgt die zij verdient in plaats van deze afschuwelijke, mensonterende situatie waarin zij leeft (kun je het nog leven noemen?).  Hoe zit het dat ieder in Nederland de zorg dient te krijgen, die nodig is? Na een inmiddels jarenlange strijd om haar gezondheid is de radeloosheid mij nabij. Het voelt zo ontzettend onrechtvaardig. Ik hoop van harte dat u haar kunt en wilt helpen.”

*

Ik heb uitvoerig contact met de moeder, en het is werkelijk afschuwelijk wat er gebeurd met haar dochter.

Ik weet hoe het voelt om langdurig opgesloten te worden, en het maakt me boos dat het nog steeds niet opgehouden is. Dit mag niet. De wetten moeten veranderd worden zodat dit niet meer kan gebeuren. Ze wil zich graag veilig kunnen voelen, en ze wil graag naar de LIZ, maar vanwege een wachtlijst zit ze nu al maanden in een uitzichtloze situatie, in een isoleercel-regime.

Er was in Nederland inmiddels een schadefonds voor slachtoffers van dwang in de Jeugdzorg, met een maximale schadevergoeding van 5.000 euro per persoon die zich voor 31 december 2022 zou melden. Er zijn mensen gecompenseerd, maar tegelijkertijd is er feitelijk niks gedaan om verdere slachtoffers te voorkomen. De wetten en regels zijn niet fundamenteel veranderd. Het Schadefonds biedt een luisterend oor en ondersteunt herstel. Maar ze kunnen geen onderzoek doen, geen schuldigen vervolgen, en ook geen mensen uit hun functie ontheffen. De wetten en uitvoering daarvan tonen weinig verandering. Zo kan het dat er enerzijds erkenning is, maar anderzijds blijven de praktijken zich herhalen.

Er is veel discussie over het afbouwen van het aantal behandelplaatsen, en ook ik heb daar een mening over: Er verdwijnt immers wel klinische zorg, maar er komt feitelijk geen uitbreiding van andere opties voor terug. Er zou een verschuiving en vermaatschappelijking moeten zijn, met bijvoorbeeld veel meer mogelijkheden voor steun op maat en zorg die gebonden is aan de persoon en niet aan de muren van een locatie. Maar zoals deze situatie ook laat zien, er is vaak helemaal niks.

En helaas neemt her en der de roep om ‘meer bedden’ weer toe, waarbij het risico bestaat dat er uiteindelijk weinig veranderd, en dat er teruggegrepen wordt op voorgaande modellen met ‘meer van hetzelfde’, waarbij de situatie weer terugvoert naar de ‘oude psychiatrie’.

Er zou 1-op-1 begeleiding moeten zijn. Bij sommige klinieken staat dat ook in hun foldertjes, maar de praktijk laat meestal andere dingen zien.

De meest logische stap zou zijn om te zorgen dat ze zo snel mogelijk naar de LIZ kan. Of dat dezelfde intensieve zorg aan haar geboden kan worden waar ze zich ook bevindt. In theorie hoeft goede zorg niet afhankelijk te zijn van verblijfslocatie, en er moet een mogelijkheid te vinden zijn om de bestaande langdurige separatie te doorbreken.

Ze heeft geen regie over haar leven. Ze zit in een isoleercel terwijl ze weet wel wat ze eigenlijk wil. Het is afschuwelijk dat er geen plek voor haar is. Eigenlijk verdient ze het om als prioriteit gezien te worden. Haar leven telt. Maar na zoveel maanden van isoleercel is ze er erg slecht aan toe.

Het is niet mogelijk om iemands leven ‘uit te stellen’ en op ‘pauze’ te zetten. De tijd staat niet stil. De problemen gaan niet ‘uit’ als de deur dichtgaat. Ze heeft recht op zorg. Maar die krijgt ze in de praktijk niet, terwijl er wel betaald moet worden voor de zinloze ‘verblijfplaats’ waar ze wordt vastgehouden in afwachting van de extreem lange wachtlijst. Niemand wordt hier echt beter van. Het gaat eigenlijk enkel slechter.

De isoleercel mag officieel volgens de wet alleen als “laatste redmiddel” worden ingezet en ter overbrugging van een acute noodsituatie. Maar als er geen goede zorg beschikbaar is, stelt men vaak simpelweg dat de isoleercel de enige oplossing is. Ik schreef al eerder over het gebrek aan goede zorg waardoor men bij elk probleem vaak snel grijpt naar het zogeheten ‘laatste redmiddel’ (“ultimum remedium”). Dit moet strafbaar zijn. Het kan nooit wettig zijn dat zij 8 maanden lang in een isoleercel zit, omdat er elders een wachtlijst is.

Haar leven moet centraal staan. Ze heeft recht op echte zorg.

Eenzame opsluiting is geen oplossing, maar een probleem.

Daarbij kan dwang in de zorg niet als een probleem van de lange termijn worden gezien. Het moet op korte termijn worden opgelost. Elke dag telt. Er mag geen gewenning zijn aan crisissituaties en zogeheten noodmaatregelen. Zulke praktijken mogen niet tot de orde van de dag behoren. Wegkijken maakt het probleem groter, omdat de oplossing uitblijft.

De problemen in de GGZ onder de Wet Verplichte GGZ (WVGGZ) zijn nog steeds hetzelfde als onder de voorgaande wet BOPZ. Het moet nu echt anders. Deze zogeheten “hulpverlening” voldoet niet aan de norm.

Ik wil me inzetten om de noodkreet van de moeder en haar dochter kracht bij te zetten. Ik zal mijn best doen om mijn netwerk in te zetten om zo snel mogelijk een passende oplossing te vinden voor de dochter. Ze weet zelf waar ze heen wil, en het is de hoogste tijd dat zij gaat ervaren dat haar leven ertoe doet. Haar leven kan niet langer ‘uitgesteld’ worden.

In een isoleercel duurt elke minuut lang…

Stem tegen het “Aanvullend protocol van het Verdrag van Oviedo”

Dit artikel gaat over Europese regelgeving inzake dwang in de geestelijke gezondheidszorg (GGZ).

De Raad van Europa staat op het punt een grote fout te begaan.

De minister van buitenlandse zaken, Wopke Hoekstra, is nu aan zet en kan het tij keren met zijn collega’s in het Comité van Ministers van de Raad van Europa.

Hier volgt een korte uitleg van de Europese ontwikkelingen op het gebied van dwangwetgeving.

Dwang in Europese wetgeving

Van oudsher bestaat er Europese wetgeving die het toepassen van dwang in de GGZ toestond (EVRM art 5 en Verdrag van Oviedo art 6 en 7). Mensen met psychosociale problemen werden daarbij van hun vrijheden beroofd, bijvoorbeeld door opsluiting, dwangmedicatie of vastbinden. Dit werd zorg genoemd.

Moderne mensenrechten

Sinds 2008 geldt het VN-Verdrag voor de Rechten van Personen met Beperkingen (IVPRH of UN CRPD). Daarin wordt benadrukt dat gezondheidsstatus geen reden mag zijn voor het afnemen van vrijheden.

Dwang en vrijheidsbeperking in de zorg zijn in strijd met de mensenrechten, o.a. het recht op gelijkheid voor de wet en wettelijke zeggenschap (art 12), het recht op vrijheid (art 14), het recht op vrijwaring van marteling en geweld (art 15 en 16), en het recht op gezondheid en zorg op basis van vrije en geinformeerde keuze (art 25).

Psychosociale beperkingen

Mensen met psychosociale problemen zijn personen met beperkingen. De term “beperkingen” verwijst niet naar een medische conditie, maar naar een belemmering voor gelijkwaardige deelname aan de samenleving (hindernis voor inclusie). Gelijkwaardige inclusie is een mensenrecht. Een beperking of zorgbehoefte mag geen grond zijn voor vrijheidsbeperking.

Cultuurverandering

Er is een duidelijk spanningsveld tussen enerzijds de ouderwetse wetgeving over ‘noodzakelijke dwang’ zoals in de Europese en Nederlandse wetgeving, en anderzijds de moderne mensenrechtenvisie uit het VN-Verdrag met de noodzaak tot het afschaffen van dwang in de zorg.

Respect voor mensenrechten vraagt een cultuurverandering in de GGZ, en het afschaffen van dwang.

De nationale politiek had deze cultuurverandering in Nederland moeten leiden, echter, dat hebben zij verzaakt door enkele jaren geleden de Wet Verplichte GGZ aan te nemen, hetgeen in strijd is met het VN-Verdrag dat door Nederland op 14 juli 2016 geratificeerd is.

Achterhaalde visie

De veelgehoorde roep om een harde aanpak van verwarde personen staat haaks op het uitgangspunt van inclusie en mensenrechten, en is gebaseerd op sensatiebeluste media verslagen, stereotypering en discriminatie. Dit is een kenmerk van wijdverspreide ouderwetse opvattingen over ‘psychiatrische aandoeningen’. Onder de categorie van ‘medisch model denken’ worden mensen met psychosociale problemen afgeschreven alsof zij defect zijn. Onder het zogeheten sociale model ligt de nadruk op “normaliseren” (rehabiliteren). Maar tegenwoordig gaat goede zorg over empowerment, herstel, inclusie en diversiteit. Het argument van wilsonbekwaamheid is achterhaald. Elke persoon heeft een wil. Het gaat om contact maken en ondersteuning bieden. Er is betere voorlichting nodig om ouderwetse opvattingen te bestrijden. Het VN-Verdrag moet leidend zijn bij de ontwikkeling van de zorgsector.

De harde aanpak is allang achterhaald. Helaas blijkt de GGZ niet in staat om zelfstandig de kwaliteit van zorg af te bakenen, waardoor de sector een speelbal is van de politiek en de economie, en een afschuifpost voor handhavingstaken en bezuinigingen. Dit leidt tot nog meer mensenrechtenschendingen.

Onder de nationale wetgeving (WVGGZ) is dwang toegestaan als een uiterste redmiddel “mits er geen minder belastende alternatieven mogelijk zijn”. Daarmee is de beschikbaarheid van goede zorg lineair verbonden met de mate van dwangtoepassing. De wachtlijsten waren sowieso al schrijnend, maar het veroorzaken van dwangtoepassing is schandalig. De overheid verzaakt haar taak om bescherming te bieden aan kwetsbare burgers.    

De rechtspositie van personen die met dwang in de zorg te maken hebben is een wassen neus.

Er is leiding nodig voor de benodigde cultuuromslag, om mensenrechten waarheid te laten worden voor mensen met psychosociale beperkingen.

Wat doet de Raad van Europa?

De Raad van Europa is een orgaan dat sinds 1950 de Europese vertolking geeft van de universele mensenrechten middels het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) en andere verdragen (De Raad van Europa staat los van de Europese Unie die sinds 1993 is opgericht als handelseenheid)

De Raad van Europa werkt aan verdere verduidelijking binnen hun bestaande kaders en heeft daarvoor tal van comités en tevens het Europees Hof voor de Rechten van de Mens.

Concept protocol

Het Comité voor de Bio-ethiek van de Raad van Europa heeft de laatste jaren besteed aan een concept protocol met richtlijnen die binnen de kaders van de oude Europese wetgeving passen. Het concept protocol heeft een vergelijkbaar karakter als de Nederlandse Wet Verplichte GGZ. Dwang mag daarbij enkel als laatste redmiddel worden ingezet, bij mensen die vanuit een zogeheten ‘geestesziekte’ een gevaar vormen voor zichzelf of omgeving, en het geheel is omkleed met procedures en theoretische ‘rechten’.

De volledige titel van het document is Engelstalig: “Draft Additional Protocol concerning the protection of human rights and dignity of persons with mental disorder with regard to involuntary placement and involuntary treatment”. Vertaling in het Nederlands: “Concept aanvullend protocol aangaande de bescherming van mensenrechten en waardigheid van personen met geestesziekte inzake onvrijwillige plaatsing en onvrijwillige behandeling”

De verkorte titel is: “Draft Additional Protocol to the Oviedo Convention”. Nederlandse vertaling: “concept Aanvullend Protocol van het Verdrag van Oviedo”.

Zie ook de website van het Comité voor de Bio-ethiek van de Raad van Europa: https://www.coe.int/en/web/bioethics/-/frequently-asked-questions-on-draft-additional-protocol-concerning-the-protection-of-human-rights-and-dignity-of-persons-with-mental-disorder-with-reg

Onacceptabel

Het concept Aanvullend Protocol van het Verdrag van Oviedo is in strijd met het VN-Verdrag voor de Rechten van Personen met Beperkingen (IVPRH of UN CRPD).

Mensenrechten-experts van de Verenigde Naties (VN) hebben lidstaten expliciet opgeroepen om tegen dit concept protocol te stemmen, zie https://www.ohchr.org/en/NewsEvents/Pages/DisplayNews.aspx?NewsID=27126&LangID=E

Ook de Commissaris van de Mensenrechten van de Raad van Europa, mevr. Dunja Mijatovic, heeft zich meermaals uitgesproken tegen het concept protocol, bijvoorbeeld in 2018, zie https://rm.coe.int/comments-by-dunja-mijatovic-council-of-europe-commissioner-for-human-r/16808f1111   

De tekst van het concept protocol gaat geheel over procedures voor het afnemen van vrijheden, inclusief richtlijnen voor het gebruik van isoleercellen, vastbinden en zelfs electroconvulsive therapy. Dat soort praktijken heeft niets met zorg, welzijn of geestelijke gezondheid te maken. De benadering onder het concept protocol is ouderwets en achterhaald.

Zorg is aandacht. Het is mogelijk om dwang te voorkomen, door crises en escalaties te voorkomen, door goede ondersteuning te bieden in lijn met de mensenrechten. Er is een cultuurverandering nodig in de GGZ, niet alleen in Nederland, maar in Europa als geheel.

Compendium

Het “compendium met Good Practices” ter bevordering van vrijwillige zorg en het voorkomen van dwang, dat het Comité voor de Bio-ethiek van de Raad van Europa inmiddels heeft opgesteld, is misleidend. Het leidt de aandacht af van het gevaarlijke concept protocol, en wekt de suggestie van zorgverbetering terwijl het compendium ook matige initiatieven bevat, geenszins bindend is, en er ook geen middelen beschikbaar worden gesteld om deze methodes daadwerkelijk elders te implementeren of door te ontwikkelen naar het mensenrechtenmodel. Het is feitelijk slechts een papieren lijst. Het zorgtekort in de praktijk is niet opgelost en blijft onbesproken. In plaats van te investeren in daadwerkelijke zorg, investeert men in dwang en in procedures. Dat helpt niet tegen het tekort aan zorg.   

Het concept protocol is na ratificatie wél bindend voor de lidstaten van het Verdrag van Oviedo. De zorgtekorten kunnen dan blijven voortbestaan, waardoor de wet stelt dat dwang ‘gelegitimeerd’ blijft, zolang men maar genoeg procedures afvinkt. Die procedures zijn verplicht, maar goede zorgverlening blijkbaar niet?

Gemiddelde norm

De Raad van Europa zou de universele mensenrechten hoog in het vaandel moeten houden. Maar het reguleren van dwangtoepassing teneinde meer ‘eenheid’ te creeren tussen de lidstaten naar een ‘gemiddelde Europese norm’ is niet hetzelfde als het daadwerkelijk realiseren van inclusie en mensenrechten. Het implementeren van het VN-Verdrag voor de Rechten van Personen met Beperkingen is vooralsnog een uitdaging voor elke staat, ook voor de zogeheten ‘ontwikkelde landen’.

Enkel goede zorg zou gereguleerd moeten worden. Slechte zorg moet verboden worden.

Het immense leed dat schuilgaat achter de muren van de instellingen mag niet langer voortduren. Reeds vanaf de jaren ‘90 was het uitgangspunt “zo min mogelijk dwangtoepassing”, maar jaarlijks nemen de aantallen dwangtoepassing toe. Het huidige systeem werkt niet, en ‘afwachten tot het probleem zichzelf oplost’ is geen optie. Er is actief beleid nodig om dwang in de zorg per direct af te schaffen. De tijd van compromissen is al voorbij, en nu is het tijd voor echte diepgaande verandering.

Dwang in de zorg is geen oplossing, maar een probleem.

Wat nodig is, is meer zorg, en niet meer dwang.

Comité van Ministers

Op 2 november 2021 heeft het Comité voor de Bio-ethiek van de Raad van Europa besloten om dit aanvullend protocol naar het Comité van Ministers te sturen voor besluitvorming. Daar zal het vermoedelijk in 2022 op de agenda komen.

Het is erg belangrijk dat het Comité van Ministers bij de Raad van Europa tegenstemt bij de behandeling van dit concept Aanvullend Protocol van het Verdrag van Oviedo / “Draft Additional Protocol to the Oviedo Convention”. De minister die Nederland vertegenwoordigd is de minister van Buitenlandse Zaken, Wopke Hoekstra.

Universele mensenrechten

46 van de 47 lidstaten van de Raad van Europa hebben het VN-Verdrag voor de Rechten van Personen met Beperkingen geratificeerd. Het Aanvullend Protocol van het Verdrag van Oviedo zou voor conflicterende standaarden zorgen in bijna alle lidstaten.

Wanneer een organisatie als de Raad van Europa het effect van universele mensenrechten zoals het VN-Verdrag voor de Rechten van Personen met Beperkingen nu middels een Protocol zou kunnen wegcijferen, dan staan alle andere mensenrechten feitelijk ook ineens op de tocht. Dat mag niet gebeuren.

Het is cruciaal dat er tegen het concept protocol gestemd wordt.

Oproep

Alleen samen kunnen we het concept protocol van de Raad van Europa stoppen.

Het concept protocol kan verworpen worden wanneer er genoeg ministers tegen dit concept protocol stemmen in het Comité van Ministers van de Raad van Europa.

Het is dus uitermate belangrijk dat ook de Nederlandse minister van buitenlandse zaken, Wopke Hoekstra, tegen het Aanvullend Protocol van het Verdrag van Oviedo zal stemmen.

Het risico op verkeerde beeldvorming over psychosociale beperkingen is aanwezig bij het Comité van Ministers, en daarom is het extra belangrijk om te zorgen voor goede beeldvorming over psychosociale beperkingen, ervaringen met dwang in de zorg, alternatieven, herstelervaringen, zorgtekorten enz.

Iedereen kan helpen bij de bewustmaking van deze strijd voor de mensenrechten in Europa, bijvoorbeeld door deze boodschap uit te dragen en/of contact te leggen met het ministerie van buitenlandse zaken ter attentie van minister Wopke Hoekstra.

Het is tijd om op te komen voor de mensenrechten, om zo te voorkomen dat de Raad van Europa een grote fout maakt.

Geen dwang maar zorg.

Meer informatie:

Meer weten over de acties en campagne tegen het Aanvullend Protocol van het Verdrag van Oviedo? De volgende websites geven meer informatie (Engelstalig).

  1. Oproep van VN-experts om tegen dit protocol te stemmen, zie https://www.ohchr.org/en/NewsEvents/Pages/DisplayNews.aspx?NewsID=27126&LangID=E
  2. Campagne website van diverse Europese organisaties tegen dit protocol, zie https://www.withdrawoviedo.info/join
  3. Campagne materiaal van European Network of Users, ex-users and Survivors of Psychiatry (ENUSP) actief tegen dit protocol, zie
    https://enusp.org/2018/05/29/draft-additional-protocol-to-the-oviedo-convention-related-materials/
  4. Blog van Actiegroep Tekeer tegen de isoleer! / Stichting Mind Rights met verslag van PACE hoorzitting en pleidooi tegen het protocol, zie
    https://tekeertegendeisoleer.wordpress.com/2021/03/23/call-to-end-coercion-and-withdraw-draft-additional-protocol-to-the-oviedo-convention-pace-hearing/
  5. Artikel in de European Times over dit mensenrechtenprobleem bij de Raad van Europa, zie
    https://www.europeantimes.news/2021/11/the-human-rights-problem-of-the-council-of-europe/
  6. Artikel van Human Rights Watch tegen dit protocol, zie
    https://www.hrw.org/news/2020/11/04/what-does-council-europe-have-against-people-disabilities#
  7. Nederlandstalige blog: Waarom gedwongen GGZ-behandeling verboden moet worden
    https://tekeertegendeisoleer.wordpress.com/2016/03/29/waarom-gedwongen-ggz-behandeling-verboden-moet-worden/

Ernstige klachten over mensenrechten en GGZ gemeld aan VN Comité voor de Rechten van Personen met Beperkingen

Stichting Mind Rights heeft deze week een inzending verstuurd aan het VN-comité voor de Rechten van Personen met Beperkingen (UN CRPD Committee), waarin zij ernstige klachten meldt over de implementatie van het VN-Verdrag voor de Rechten van Personen met Beperkingen in Nederland.

Onder het VN-verdrag is dwangtoepassing in de GGZ niet toelaatbaar, maar het beleid in Nederland is er niet op gericht om dwang te voorkomen.

Het VN-comité voor de Rechten van Personen met Beperkingen voert dit jaar via interactieve sessies in Geneve de eerste periodieke evaluatie uit van de implementatie van het VN-Verdrag in Nederland. Daarbij worden er in het voorjaar van 2022 vragen gesteld aan de Nederlandse overheid, en de overheid zal aan de hand van deze thema’s de overheids-rapportage aan het VN-Comité opstellen. Maatschappelijke organisaties kunnen ook hun inbreng aanleveren in een ‘schaduwrapportage’. De beschouwing van de rapportages over Nederland door het VN-Comité volgt in het najaar van 2022, waarbij het VN-Comité zal afsluiten met aanbevelingen ter bevordering van de implementatie van het VN-Verdrag voor de Rechten van Personen met Beperkingen in Nederland.

Stichting Mind Rights heeft een rapportage opgesteld met inhoudelijke suggesties voor de vragen (List of Issues, LOI) die het VN-Comité aan het voorbereiden is. Daarin wordt per artikel kort aangegeven welke onderwerpen van belang zijn als het gaat om de rechten van personen met psychosociale beperkingen in Nederland. De inbreng van Stichting Mind Rights omvat o.a. thema’s als stigmatisering, beleid ten aanzien van ‘verwarde personen’, dwangtoepassing, wet Verplichte GGZ en gebrek aan rechtsspraak.

Gedwongen psychiatrische interventies en discriminatie op grond van psychosociale beperking zijn gekoppeld aan een lange reeks van ernstige mensenrechtenschendingen zoals ontneming van handelingsbevoegdheid, vrijheid, toegang tot de rechtsspraak, marteling en mishandeling en een gebrek aan steun voor inclusie in de samenleving. Ernstige misstanden zoals opsluiten en vastbinden, gedwongen medicatie toediening, doden door politiegeweld, het negeren van klachten, en uitsluiting van deelname aan de samenleving vormen de kern van de rapportage van Stichting Mind Rights.

De recente rapportage van Stichting Mind Rights met informatie voor de “List of Issues”(LOI) is vooralsnog enkel in het Engels beschikbaar, en is te lezen via deze link:

De koepelorganisatie “Alliantie VN-Verdrag Handicap” heeft reeds in 2019 een schaduwrapportage opgesteld namens diverse belangenorganisaties over de stand van zaken van de implementatie van het VN-Verdrag in Nederland.

Zie de onderstaande link voor de schaduwrapportage van de Alliantie, beschikbaar in het Nederlands, Engels en Eenvoudig Taalgebruik: https://nietsoveronszonderons.nl/kennisplein/schaduwrapportage-vn-verdrag-handicap/

Het VN-comité voor de Rechten van Personen met Beperkingen zal na de voorjaarssessie (februari en maart 2022) haar “List of Issues (LOI)” voor Nederland bekend maken.

Stem tegen het “Aanvullend protocol voor het Verdrag van Oviedo”

Dit artikel gaat over Europese regelgeving inzake dwang in de geestelijke gezondheidszorg (GGZ).

De Raad van Europa staat op het punt een grote fout te begaan.

De minister van buitenlandse zaken is nu aan zet en kan het tij keren met zijn collega’s in het Comité van Ministers van de Raad van Europa.

Hier volgt een korte uitleg van de Europese ontwikkelingen op het gebied van dwangwetgeving.

Dwang in Europese wetgeving

Van oudsher bestaat er Europese wetgeving die het toepassen van dwang in de GGZ toestond (EVRM art 5 en Verdrag van Oviedo art 6 en 7). Mensen met psychosociale problemen werden daarbij van hun vrijheden beroofd, bijvoorbeeld door opsluiting, dwangmedicatie of vastbinden. Dit werd zorg genoemd.

Moderne mensenrechten

Sinds 2008 geldt het VN-Verdrag voor de Rechten van Personen met Beperkingen (IVPRH of UN CRPD). Daarin wordt benadrukt dat gezondheidsstatus geen reden mag zijn voor het afnemen van vrijheden.

Dwang en vrijheidsbeperking in de zorg zijn in strijd met de mensenrechten, o.a. het recht op gelijkheid voor de wet en wettelijke zeggenschap (art 12), het recht op vrijheid (art 14), het recht op vrijwaring van marteling en geweld (art 15 en 16), en het recht op gezondheid en zorg op basis van vrije en geinformeerde keuze (art 25).

Psychosociale beperkingen

Mensen met psychosociale problemen zijn personen met beperkingen. De term “beperkingen” verwijst niet naar een medische conditie, maar naar een belemmering voor gelijkwaardige deelname aan de samenleving (hindernis voor inclusie). Gelijkwaardige inclusie is een mensenrecht. Een beperking of zorgbehoefte mag geen grond zijn voor vrijheidsbeperking.

Cultuurverandering

Er is een duidelijk spanningsveld tussen enerzijds de ouderwetse wetgeving over ‘noodzakelijke dwang’ zoals in de Europese en Nederlandse wetgeving, en anderzijds de moderne mensenrechtenvisie uit het VN-Verdrag met de noodzaak tot het afschaffen van dwang in de zorg.

Respect voor mensenrechten vraagt een cultuurverandering in de GGZ, en het afschaffen van dwang.

De nationale politiek had deze cultuurverandering in Nederland moeten leiden, echter, dat hebben zij verzaakt door enkele jaren geleden de Wet Verplichte GGZ aan te nemen, hetgeen in strijd is met het VN-Verdrag dat door Nederland op 14 juli 2016 geratificeerd is.

Achterhaalde visie

De veelgehoorde roep om een harde aanpak van verwarde personen staat haaks op het uitgangspunt van inclusie en mensenrechten, en is gebaseerd op sensatiebeluste media verslagen, stereotypering en discriminatie. Dit is een kenmerk van wijdverspreide ouderwetse opvattingen over ‘psychiatrische aandoeningen’. Onder de categorie van ‘medisch model denken’ worden mensen met psychosociale problemen afgeschreven alsof zij defect zijn. Onder het zogeheten sociale model ligt de nadruk op “normaliseren” (rehabiliteren). Maar tegenwoordig gaat goede zorg over empowerment, herstel, inclusie en diversiteit. Het argument van wilsonbekwaamheid is achterhaald. Elke persoon heeft een wil. Het gaat om contact maken en ondersteuning bieden. Er is betere voorlichting nodig om ouderwetse opvattingen te bestrijden. Het VN-Verdrag moet leidend zijn bij de ontwikkeling van de zorgsector.

De harde aanpak is allang achterhaald. Helaas blijkt de GGZ niet in staat om zelfstandig de kwaliteit van zorg af te bakenen, waardoor de sector een speelbal is van de politiek en de economie, en een afschuifpost voor handhavingstaken en bezuinigingen. Dit leidt tot nog meer mensenrechtenschendingen.

Onder de nationale wetgeving (WVGGZ) is dwang toegestaan als een uiterste redmiddel “mits er geen minder belastende alternatieven mogelijk zijn”. Daarmee is de beschikbaarheid van goede zorg lineair verbonden met de mate van dwangtoepassing. De wachtlijsten waren sowieso al schrijnend, maar het veroorzaken van dwangtoepassing is schandalig. De overheid verzaakt haar taak om bescherming te bieden aan kwetsbare burgers.    

De rechtspositie van personen die met dwang in de zorg te maken hebben is een wassen neus.

Er is leiding nodig voor de benodigde cultuuromslag, om mensenrechten waarheid te laten worden voor mensen met psychosociale beperkingen.

Wat doet de Raad van Europa?

De Raad van Europa is een orgaan dat sinds 1950 de Europese vertolking geeft van de universele mensenrechten middels het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) en andere verdragen (De Raad van Europa staat los van de Europese Unie die sinds 1993 is opgericht als handelseenheid)

De Raad van Europa werkt aan verdere verduidelijking binnen hun bestaande kaders en heeft daarvoor tal van comités en tevens het Europees Hof voor de Rechten van de Mens.

Concept protocol

Het Comité voor de Bio-ethiek van de Raad van Europa heeft de laatste jaren besteed aan een concept protocol met richtlijnen die binnen de kaders van de oude Europese wetgeving passen. Het concept protocol heeft een vergelijkbaar karakter als de Nederlandse Wet Verplichte GGZ. Dwang mag daarbij enkel als laatste redmiddel worden ingezet, bij mensen die vanuit een zogeheten ‘geestesziekte’ een gevaar vormen voor zichzelf of omgeving, en het geheel is omkleed met procedures en theoretische ‘rechten’.

De volledige titel van het document is Engelstalig: “Draft Additional Protocol concerning the protection of human rights and dignity of persons with mental disorder with regard to involuntary placement and involuntary treatment”. Vertaling in het Nederlands: “Concept aanvullend protocol aangaande de bescherming van mensenrechten en waardigheid van personen met geestesziekte inzake onvrijwillige plaatsing en onvrijwillige behandeling”

De verkorte titel is: “Draft Additional Protocol to the Oviedo Convention”. Nederlandse vertaling: “concept Aanvullend Protocol voor het Verdrag van Oviedo”.

Zie ook de website van het Comité voor de Bio-ethiek van de Raad van Europa: https://www.coe.int/en/web/bioethics/-/frequently-asked-questions-on-draft-additional-protocol-concerning-the-protection-of-human-rights-and-dignity-of-persons-with-mental-disorder-with-reg

Onacceptabel

Het concept Aanvullend Protocol voor het Verdrag van Oviedo is in strijd met het VN-Verdrag voor de Rechten van Personen met Beperkingen (IVPRH of UN CRPD).

Mensenrechten-experts van de Verenigde Naties (VN) hebben lidstaten expliciet opgeroepen om tegen dit concept protocol te stemmen, zie https://www.ohchr.org/en/NewsEvents/Pages/DisplayNews.aspx?NewsID=27126&LangID=E

Ook de Commissaris van de Mensenrechten van de Raad van Europa, mevr. Dunja Mijatovic, heeft zich meermaals uitgesproken tegen het concept protocol, bijvoorbeeld in 2018, zie https://rm.coe.int/comments-by-dunja-mijatovic-council-of-europe-commissioner-for-human-r/16808f1111   

De tekst van het concept protocol gaat geheel over procedures voor het afnemen van vrijheden, inclusief richtlijnen voor het gebruik van isoleercellen, vastbinden en zelfs electroconvulsive therapy. Dat soort praktijken heeft niets met zorg, welzijn of geestelijke gezondheid te maken. De benadering onder het concept protocol is ouderwets en achterhaald.

Zorg is aandacht. Het is mogelijk om dwang te voorkomen, door crises en escalaties te voorkomen, door goede ondersteuning te bieden in lijn met de mensenrechten. Er is een cultuurverandering nodig in de GGZ, niet alleen in Nederland, maar in Europa als geheel.

Compendium

Het “compendium met Good Practices” ter bevordering van vrijwillige zorg en het voorkomen van dwang, dat het Comité voor de Bio-ethiek van de Raad van Europa inmiddels heeft opgesteld, is misleidend. Het leidt de aandacht af van het gevaarlijke concept protocol, en wekt de suggestie van zorgverbetering terwijl het compendium ook matige initiatieven bevat, geenszins bindend is, en er ook geen middelen beschikbaar worden gesteld om deze methodes daadwerkelijk elders te implementeren of door te ontwikkelen naar het mensenrechtenmodel. Het is feitelijk slechts een papieren lijst. Het zorgtekort in de praktijk is niet opgelost en blijft onbesproken. In plaats van te investeren in daadwerkelijke zorg, investeert men in dwang en in procedures. Dat helpt niet tegen het tekort aan zorg.   

Het concept protocol is na ratificatie wél bindend voor de lidstaten van het Verdrag van Oviedo. De zorgtekorten kunnen dan blijven voortbestaan, waardoor de wet stelt dat dwang ‘gelegitimeerd’ blijft, zolang men maar genoeg procedures afvinkt. Die procedures zijn verplicht, maar goede zorgverlening blijkbaar niet?

Gemiddelde norm

De Raad van Europa zou de universele mensenrechten hoog in het vaandel moeten houden. Maar het reguleren van dwangtoepassing teneinde meer ‘eenheid’ te creeren tussen de lidstaten naar een ‘gemiddelde Europese norm’ is niet hetzelfde als het daadwerkelijk realiseren van inclusie en mensenrechten. Het implementeren van het VN-Verdrag voor de Rechten van Personen met Beperkingen is vooralsnog een uitdaging voor elke staat, ook voor de zogeheten ‘ontwikkelde landen’.

Enkel goede zorg zou gereguleerd moeten worden. Slechte zorg moet verboden worden.

Het immense leed dat schuilgaat achter de muren van de instellingen mag niet langer voortduren. Reeds vanaf de jaren ‘90 was het uitgangspunt “zo min mogelijk dwangtoepassing”, maar jaarlijks nemen de aantallen dwangtoepassing toe. Het huidige systeem werkt niet, en ‘afwachten tot het probleem zichzelf oplost’ is geen optie. Er is actief beleid nodig om dwang in de zorg per direct af te schaffen. De tijd van compromissen is al voorbij, en nu is het tijd voor echte diepgaande verandering.

Dwang in de zorg is geen oplossing, maar een probleem.

Wat nodig is, is meer zorg, en niet meer dwang.

Comité van Ministers

Op 2 november 2021 heeft het Comité voor de Bio-ethiek van de Raad van Europa besloten om dit aanvullend protocol naar het Comité van Ministers te sturen voor besluitvorming. Daar zal het vermoedelijk in 2022 op de agenda komen.

Het is erg belangrijk dat het Comité van Ministers bij de Raad van Europa tegenstemt bij de behandeling van dit concept Aanvullend Protocol voor het Verdrag van Oviedo / “Draft Additional Protocol to the Oviedo Convention”. De minister die Nederland vertegenwoordigd is de minister van Buitenlandse Zaken, Ben Knapen.

Universele mensenrechten

46 van de 47 lidstaten van de Raad van Europa hebben het VN-Verdrag voor de Rechten van Personen met Beperkingen geratificeerd. Het Aanvullend Protocol voor het Verdrag van Oviedo zou voor conflicterende standaarden zorgen in bijna alle lidstaten.

Wanneer een organisatie als de Raad van Europa het effect van universele mensenrechten zoals het VN-Verdrag voor de Rechten van Personen met Beperkingen nu middels een Protocol zou kunnen wegcijferen, dan staan alle andere mensenrechten feitelijk ook ineens op de tocht. Dat mag niet gebeuren.

Het is cruciaal dat er tegen het concept protocol gestemd wordt.

Oproep

Alleen samen kunnen we het concept protocol van de Raad van Europa stoppen.

Het concept protocol kan verworpen worden wanneer er genoeg ministers tegen dit concept protocol stemmen in het Comité van Ministers van de Raad van Europa.

Het is dus uitermate belangrijk dat ook de Nederlandse minister van buitenlandse zaken, Ben Knapen, tegen het Aanvullend Protocol voor het Verdrag van Oviedo zal stemmen.

Het risico op verkeerde beeldvorming over psychosociale beperkingen is aanwezig bij het Comité van Ministers, en daarom is het extra belangrijk om te zorgen voor goede beeldvorming over psychosociale beperkingen, ervaringen met dwang in de zorg, alternatieven, herstelervaringen, zorgtekorten enz.

Iedereen kan helpen bij de bewustmaking van deze strijd voor de mensenrechten in Europa, bijvoorbeeld door deze boodschap uit te dragen en/of contact te leggen met het ministerie van buitenlandse zaken ter attentie van minister Ben Knapen.

Het is tijd om op te komen voor de mensenrechten, om zo te voorkomen dat de Raad van Europa een grote fout maakt.

Geen dwang maar zorg.

Meer informatie:

Meer weten over de acties en campagne tegen het Aanvullend Protocol voor het Verdrag van Oviedo? De volgende websites geven meer informatie (Engelstalig).

  1. Oproep van VN-experts om tegen dit protocol te stemmen, zie https://www.ohchr.org/en/NewsEvents/Pages/DisplayNews.aspx?NewsID=27126&LangID=E

Falende rechtstaat: Toeslagenschandaal en GGZ doofpot

Falende rechtstaat – deel 1: de Toeslagenaffaire

De toeslagenaffaire is in Nederland een politiek schandaal waarbij ongeveer 26.000 ouders onterecht slachtoffer werden van fraudeverdenkingen met de kinderopvangtoeslag. Geselecteerd op basis van afkomst, werden deze ouders door de Belastingdienst van 2013 tot en met zeker 2019 aangemerkt als fraudeur, en kregen jarenlang te maken met onterechte boetes en tegenwerking, met verstrekkende gevolgen voor de getroffen gezinnen. Het rapport “Ongekend Onrecht” erkent de misstanden. Op 15 januari 2021 trad het kabinet af vanwege de toeslagenaffaire.

“Falende rechtstaat” zo klonk het eerder in de Tweede Kamer. Grote woorden over hoe het rechtssysteem heeft gefaald als het om de toeslagenaffaire gaat.

“Een misser van het rechtssysteem”… “beschamend”. Wat had ik die woorden ook graag willen horen als het gaat over dwang in de GGZ. Maar als het over de GGZ gaat, is een soortgelijke erkenning of schadevergoeding voor de slachtoffers nog ver te zoeken. Blijkbaar is een financiele misstap eenvoudiger aan de kaak te stellen dan het systematisch gebruik van geweld in de GGZ, terwijl het belang zeker even groot is, voor een gezonde samenleving.

Het verslag van de Parlementaire ondervragingscommissie Kinderopvangtoeslag “Ongekend Onrecht”, geeft als toelichting op de titel: “Ongekend, omdat het lang heeft geduurd voordat de omvang en ernst door de politieke en ambtelijke top werden erkend. (…).”

Falende rechtstaat – deel 2:  de GGZ doofpot

Het beschreven leed van de toeslagen affaire komt in de buurt bij GGZ leed, waarbij mensen ook op systematisch wijze slachtoffer worden van een harde aanpak, en zelfs fysiek geweld onder de noemer ‘gedwongen zorg’. Weliswaar niet op basis van afkomst, maar geselecteerd op basis van beperking en/of diagnose. En vooralsnog is dat onrecht in de GGZ nóg ongekender, omdat het om fundamentele mensenrechtenschendingen gaat en er nog steeds geen dergelijke erkenning is van het jarenlange diepe leed veroorzaakt door dwang in de GGZ.

Als activist probeer ik al jarenlang het onrecht dat plaatsvindt door dwang in de GGZ aan de kaak te stellen. Immers, opsluiting is geen zorg. Echte zorg is aandacht voor welzijn en herstel. Het toepassen van dwang in de zorg is repressie en mishandeling. Sinds 2008 is bovendien het VN-verdrag voor de Rechten van Personen met Beperkingen (UN CRPD) in werking getreden, en wordt dwang in de zorg expliciet als mensenrechtenschending gezien. Dat betekent dus dat dwang in de zorg verboden moet worden.[1]

Toch zijn er in Nederland nog steeds elk jaar duizenden slachtoffers van dwang in de GGZ, omdat de Nederlandse wetten (zoals Wet Verplichte GGZ) deze praktijken nog steeds toestaan. Dergelijke wetten zijn een obstructie voor de ‘klachtwaardigheid’ en ontvankelijkheid inzake klachten over dwangtoepassing, en dat maakt de slachtoffers rechteloos en machteloos. Bij dwangtoepassing wordt de wil van de persoon genegeerd, en wordt er over diens grenzen heengegaan, ook al verzet de persoon zich. Er zijn ontzettend veel klachten over dwang in de GGZ, maar deze klachten worden niet erkend door het Nederlandse rechtssysteem. Het is een doofpot.

Ik zal het falen van de rechtstaat inzake dwangtoepassing in de zorg in de volgende paragraaf illustreren met mijn persoonlijke ervaringen.  

Persoonlijke illustratie: GGZ en rechteloosheid

Ook mij is onrecht aangedaan door diverse organen die uit naam van de overheid handelden. Het is eigenlijk een klassiek verhaal van kindermishandeling in een instelling, waarbij ik werd opgesloten, platgespoten, vastgebonden en gevisiteerd vanwege psychosociale problemen. Dat begon in 1994. Ik was toen 16 jaar oud. Puur vanwege mijn status als GGZ-client raakte ik blijkbaar allerlei rechten kwijt, zoals het recht op vrijheid, zeggenschap en lichamelijke integriteit. Ik had opeens niets meer te zeggen over mijn eigen leven, werd niet serieus genomen, en mijn fundamentele rechten werden geschonden. De toepassing van dwang (isoleercellen, vastbinden, platspuiten enz.) als antwoord op “onrust” en zelfmoordpogingen zou voor “normale mensen” onder de noemer zware mishandeling vallen. Maar ik moest het maar accepteren als deel van het leven in de GGZ-kliniek. Ik ben langdurig in een isoleercel opgesloten, zonder strafblad of proces, maar puur omdat er geen tijd was en ze me poogden te beschermen tegen zelfmoordpogingen. Maar de rigide bejegening werkte averechts. Het was traumatisch.  (zie artikel: “16 jaar oud, depressief en gemarteld in de psychiatrie” [2] en “gender interrupted by forced psychiatry” [3])

Na deze ontwrichtende ervaringen in de GGZ (1994-1997), heb ik letterlijk op alle niveaus geprobeerd om mijn recht te halen, om erkenning te vinden, en deze misstanden uit te bannen.

Ik heb ongeveer 25 jaar lang de juridische weg doorlopen en alle beschikbare rechtsmiddelen in Nederland uitgeput inzake mijn eigen klachten. Maar helaas was dat zonder resultaat. Het is een waslijst van pogingen om toegang tot rechtspraak te vinden, zoals onder andere via de klachtencommissie, de ombudsman, media interviews, het College voor de Rechten van de Mens, een persoonlijk gesprek met Ab Klink destijds Minister van VWS, en ik heb zeer veel advocaten aangeschreven met meestal een afwijzing tot gevolg (“te complex, te lang geleden”). Uiteindelijk vond ik een advocaat, en kon ik aangifte doen bij de politie, en een artikel 12 Sv procedure, maar de Nederlandse rechtbanken startten geen onderzoek en wezen mijn klachten bij voorbaat af. Zelfs de UN Special Rapporteur on Torture heeft met de Nederlandse Staat gecommuniceerd nav mijn zaak (2014), maar de Staat reageerde ontwijkend en heeft de oproep van de VN-Special Rapporteur on Torture inhoudelijk niet opgevolgd. En in januari 2018 kreeg ik ook nog het bericht dat het Europees Hof voor de Rechten van de Mens mijn zaak als “niet ontvankelijk” beschouwd (en dat ligt vooral aan de jurisprudentie van het Hof op basis van verouderde uitgangspunten), maar het doet onverminderd pijn. Al met al blijkt het dus zo te zijn dat er zelfs na 25 jaar procederen nooit een onderzoek is gedaan naar mijn klachten over vrijheidsberoving en zware mishandeling als minderjarige in een instelling. Ik kan het nog altijd maar moeilijk geloven dat er geen enkele manier is om mijn klachten te laten beoordelen door een onafhankelijk orgaan. En dat de GGZ-sector ‘immuun’ is voor de klachten, en dat het onrecht kan voortduren zonder dat er lering uit wordt getrokken, dat maakt mij nog steeds furieus. Het is erg moeilijk om nu nog geloof te houden in de rechtstaat.

En de juridische weg was niet mijn enige poging om erkenning te vinden voor de dwangtoepassingen waar duizenden mensen in Nederland mee zijn geconfronteerd. Ik heb het ook op politiek niveau geprobeerd door campagne te voeren, en door actieve bijdragen aan de consultatie voor de wetswijziging van de Wet BOPZ (Wet Bijzondere Opname in Psychiatrische Ziekenhuizen). Daarbij heb ik steeds benadrukt dat het wetsvoorstel WVGGZ in strijd is met het VN-Verdrag voor de Rechten van Personen met Beperkingen (CRPD). Ook had ik een alternatief model uitgedacht op basis van Eigen Kracht-conferenties (het recht op een eigen plan), waarmee dwang voorkomen kan worden. Maar helaas is in januari 2018 de nieuwe dwangwet, de Wet Verplichte GGZ (WVGGZ), toch unaniem aangenomen door de Eerste Kamer. Persoonlijk achtte ik het eigenlijk ondenkbaar dat de Nederlandse wetgever het VN-Verdrag zou negeren en de WVGGZ toch zou aannemen. Bovendien gaat het hier om overduidelijke mensenrechtenschendingen, zoals bijv. het gebruik van “Zweedse banden” om mensen vast te binden die eigenlijk zorg nodig hebben. Ik kon me niet voorstellen dat de politiek hiermee akkoord zou gaan. Tot mijn stomme verbazing is dat echter wel gebeurd, en viel in januari 2018 ook deze hoop in duigen.

Het falen van de rechtstaat doet me enorm veel pijn. Ik ben zo extreem teleurgesteld in het hele rechtssysteem. Dat klinkt overdreven, echter, in de praktijk blijken de juridische klachtenprocedures een wassen neus te zijn, en de politiek negeert de mensenrechten uit het VN-Verdrag voor de Rechten van Personen met Beperkingen. Dat had ik echt nooit verwacht in Nederland. De woorden “falende rechtstaat” en “ongekend onrecht” resoneren daarom diep in mij. Ik heb er veel verdriet van dat de zorg geen zorg is, en het recht geen recht, en de rechtstaat geen rechtsstaat.

Na ongeveer 25 jaar juridisch procederen en bijna 20 jaar activisme tegen dwang in de GGZ, merk ik dat ik oprecht worstel met die falende rechtstaat. Mijn acties zijn namelijk gebaseerd op de veronderstelling dat ik in een rechtstaat leef. Het is soms heel moeilijk om nog hoop te houden dat er rechtvaardigheid zal zijn, en dat goede argumenten (zoals mensenrechtenverdragen) gehoor zullen vinden, en dat er een eerlijke afweging gemaakt zal worden.

Het feit dat er nu erkenning is voor het onrecht door de toeslagen affaire, geeft me de hoop dat er op een dag ook erkenning zal zijn voor het leed veroorzaakt door de GGZ doofpot.

Uitblijven van een remedie

Ik vind het erg wat de gezinnen is aangedaan door het Toeslagenschandaal. Het is ook goed dat zij gecompenseerd worden, en terecht dat er acties worden genomen ten aanzien van de verantwoordelijken. Wellicht is er ook nog een rol voor het College voor de Rechten van de Mens, want er zijn immers fundamentele rechten in het geding, zoals het recht op gelijkheid en non-discriminatie, en daar kan men niet lichtzinnig mee omgaan, vooral vanwege het karakter van systematische discriminatie op basis van afkomst. Dat is in Nederland strafbaar en verwerpelijk. Het anders behandeld worden vanwege een GGZ-label is ook discriminatie. En het discrimineren van meerdere kwetsbare groepen in de samenleving getuigt zeer zeker van een falende rechtstaat.

Maar ook het uitblijven van een remedie is cruciaal om een rechtstaat te doen falen. Mensen geven immers doorgaan wel aan wanneer er wat fout gaat, en proberen het vaak ook recht te zetten, maar er wordt zo vaak niet geluisterd naar wat iemand zegt, vooral wanneer er vooroordelen bestaan. En als je niet serieus wordt genomen, kan je je ook niet verdedigen. Grootschalige misstanden met veel slachtoffers, zoals de toeslagenaffaire, en ook de GGZ doofpot, zijn daarmee ook het bewijs van grootschalige discriminatie in het rechtssysteem.

Er is een probleem met het rechtssysteem zelf. Het Nederlandse rechtssysteem bedient vooral “de modale Nederlander”, en een diversiteit van mensen valt gemakkelijk buiten de boot als zij niet voldoen aan een stereotype plaatje. (Wederom kan ik ook uit eigen ervaring spreken: mijn hulpvraag aan een advocaat is voorheen wel eens afgewezen op basis van bijv. het niet hebben van een woonadres. Dus als dakloze was het toen onmogelijk om mijn recht te halen). Het systematisch uitsluiten van bepaalde groepen creeert een tweedeling in de maatschappij, want hierdoor raken bepaalde mensen bevoorrecht en anderen benadeeld, en dat veroorzaakt wrijving. Dit is waarom gelijkheid zo belangrijk is voor de hele samenleving. 

Ongezien

Ik voel die wrijving ook, en het ondermijnt het gevoel van gezamenlijkheid. Ook als ik kijk naar de toeslagenaffaire en denk: Waarom zij wel? Waarom de GGZ niet? Ik gun het de gezinnen dat ze gecompenseerd worden, maar ik kook van binnen omdat ik de rechtstaat zo hypocriet vind. Ze erkennen het ene wel, en het andere niet. Ik probeer al zo lang om gehoor te vinden, en ik ben echt niet de enige. Na zoveel mislukte pogingen zakt me de moed soms in de schoenen. Ik voel wat het onrecht en de rechteloosheid met me doet. Het maakt me boos en verdrietig. En om dan te zien dat anderen wel erkenning vinden voor hun leed, geeft een gevoel van minderwaardigheid en afstand. En waar kan je heen als het rechtssysteem niet werkt? Het was fout wat ze deden en ik ben beschadigd. Ik kan het niet accepteren. Men kan toch niet verwachten dat ik wegkijk van onrecht en het laat voortbestaan? Het moet opgelost worden. Dwang moet stoppen. Niemand zou zulke dingen nog mee moeten maken. Er moet geleerd worden van de fouten, zodat de wereld in de toekomst beter wordt. En mijn stem telt toch ook? Wat moet ik doen om gehoord te worden??  

Ik ben niet de enige die zich zo voelt. Terwijl de rechtstaat faalt, worden er veel mensen gekwetst. Talloze groepen zijn niet eens in beeld bij het rechtssysteem, puur omdat het bijvoorbeeld zeer moeilijk kan zijn om een bereidwillige advocaat te vinden om hen bij te staan. Denk bijv. aan dak- en thuislozen, migranten, GGZ clienten, minderjarigen, mensen met beperkingen, werklozen, mensen met taal- of cultuurbarrieres enz. 

Verharding

Ondertussen blijkt het aantal incidenten en de overlast op straat toe te nemen, zoals enerzijds ‘verwarde personen’, jongeren met messen, boze menigtes, maar anderzijds ook toenemend politiegeweld, stijging in dwangopnames, en steeds meer regels. Het lijkt alsof er een soort verharding zichtbaar is door alle lagen van de samenleving heen, waarbij toenaderen, uitpraten en oplossen niet genoeg prioriteit krijgt. Het probleem zit niet in een bepaalde sector of een specifieke groepering, zoals de Belastingdienst, de gezinnen, of de GGZ. Het is een probleem van de samenleving. De “incidenten” staan niet los van het geheel. Elke reactie heeft een oorzaak.

En misschien is een harde aanpak sowieso nooit een goed idee. Een harde aanpak werkt doorgaans averechts, omdat het voorbij gaat aan de onschatbare waarde van dialoog, contact en herstel, alsook de menselijke maat. Zowel de wetgevende, uitvoerende en rechtsprekende machten weerspiegelen de voorbeeldrol die de overheid vervult, en als deze organen een harde aanpak uitdragen, heeft dat een weerslag op de gehele samenleving, en dat kan leiden tot hetzes zoals de toeslagenaffaire of de GGZ doofpot, waarbij er geen oog meer is voor de persoon.

Enkel in een falende rechtstaat ontstaat de roep om een harde aanpak. In een werkende rechtstaat zouden problemen op respectvolle wijze het hoofd geboden worden, met respect voor ieders rechten, en gericht op maximale kansen voor eenieder. Elke persoon heeft recht op een gelijkwaardige respectvolle bejegening.

De menselijke maat

Het verslag “Ongekend Onrecht” concludeert dat er oog moet zijn voor de menselijke maat c.q. het toepassen van maatgevoel. De toeslagenaffaire is slechts een fragment van de falende rechtstaat, echter de roep om menselijk maatwerk is universeel, en zien we ook terug in de GGZ en andere sectoren. Ook het VN-verdrag voor de Rechten van Personen met Beperkingen vraagt om maatwerk voor inclusie. De algehele menselijke diversiteit vraagt sowieso om maatwerk.

Rechtspraak

Het falen van de rechtstaat vraagt om een inhaalslag. Het rechtssysteem kan niet blijven zoals het nu is. Op het gebied van dwang in de GGZ schieten zowel de wetgevende, uitvoerende en rechtsprekende machten tekort in het beschermen van de grondrechten. Er is een grote verandering nodig in de rechtspraak, in lijn met de mensenrechten zoals o.a. het VN-verdrag voor de Rechten van Personen met Beperkingen.

De Grondwet (artikel 94) stelt:  “Binnen het Koninkrijk geldende wettelijke voorschriften vinden geen toepassing, indien deze toepassing niet verenigbaar is met een ieder verbindende bepalingen van verdragen en van besluiten van volkenrechtelijke organisaties.” Dit betekent dat in het licht van de internationale bepalingen, o.a. de Wet Verplichte GGZ niet gebruikt mag worden als grond voor vrijheidsbeperking in de zorg, omdat daarmee de facto wordt afgeweken van de bepalingen uit het VN-verdrag voor de Rechten van Personen met Beperkingen. Om de Nederlandse standaarden inzake vrijheid en marteling in lijn te brengen met de internationale standaarden, is het nodig om de nationale wetgeving, zoals de Wet Verplichte GGZ, de Wet Zorg en Dwang, en de Wet Forensische Zorg, te amenderen met de bepalingen uit het VN-verdrag voor de Rechten van Personen met Beperkingen. De dwangwetten dienen dus vervangen te worden door zorgwetten, met daarbij dezelfde waarborgen als andere zorg, zoals het recht op volledige en betrouwbare informatie, het recht op vrije geinformeerde keuze en het recht om zorg te weigeren.

Verbod op dwang in de zorg

Een verbod (moratorium) op alle dwangtoepassingen in de zorg is dus nodig, hetgeen duidelijk maakt hoe groot de schrijnende tekorten aan goede ondersteuning zijn, met name in acute crisis situaties. Een “gebrek aan alternatieven” is geen legitieme reden om mensenrechten te schenden door dwangtoepassing. Er zijn ook plaatsen waar het wel lukt om dwangvrije ondersteuning te bieden, crisis te voorkomen, en dwangvrij te de-escaleren. Ieder mens heeft recht op de hoogst haalbare standaard van lichamelijke en geestelijke gezondheid. Dwangvrije ondersteuning is de nieuwe norm. Enkel zorg en ondersteuning op basis van vrije geinformeerde keuze is legaal.  

De Wet Verplichte GGZ, de Wet Zorg en Dwang, en de Wet Forensische Zorg zijn allen in strijd met het VN-verdrag voor de Rechten van Personen met Beperkingen, en dienen als onuitvoerbaar te worden beschouwd. De bepalingen uit het VN-verdrag voor de Rechten van Personen met Beperkingen zijn amendementen voor deze wetten en bieden het nieuwe kader waaraan getoetst dient te worden. Het recht op gezondheid is onderhavig aan progressieve realisatie waarbij rekening wordt gehouden met de beschikbare bronnen, echter, het vrijheids-element in het recht op gezondheid valt onder de politiek-civiele rechten (grondrechten) waarvoor geldt dat gestreefd dient te worden naar onmiddellijke realisatie. Dit betekent dat de rechtsprekende macht per direct dient te stoppen met het toestaan van dwang, en geen Crisismaatregel of Zorgmachtiging meer mag uitvaardigen.

In plaats van de client te dwingen zich te schikken naar de voorkeuren van de zorgaanbieder, dient het rechtssysteem juist de zorgaanbieder te bewegen om zich te schikken naar de wensen van de client.

Psychosociale ondersteuning hoeft niet gebonden te zijn aan een vaste locatie, maar kan in principe overal verleend worden. Gedwongen opname is dus achterhaald. De nieuwe focus ligt bij gelijkwaardige inclusie, welzijn en maatwerk. Wachtlijsten ondermijnen preventie en dragen bij aan escalatie en crisis. Het zorgaanbod moet zo snel mogelijk op peil gebracht worden.

De deuren van instellingen moeten geopend worden zodat mensen vrij zijn om te gaan (of komen). Experts, vrijwilligers, en/of mensen uit het eigen netwerk kunnen helpen om mensen te bevrijden uit dwangsituaties zoals Zweedse banden en isoleercellen, en helpen om alternatieven realiseren, waarbij de wens van de client en maatwerk voorop staan, om zodoende de client te ondersteunen bij welzijn, herstel en empowerment, en gelijkwaardige inclusie. Er dient voldoende budget beschikbaar te zijn, met urgentie, om een reeks van vrijwillige ondersteuningsopties te realiseren, om aan alle zorgvragen in de samenleving te kunnen voldoen. Kennisontwikkeling en training op het gebied van dwangvrije ondersteuning is eveneens nodig.

Erkenning en remedie van misstanden in de GGZ

Klachten over de GGZ dienen stuk voor stuk serieus genomen te worden, en toetsing zal plaatsvinden in lijn met het VN-verdrag voor de Rechten van Personen met Beperkingen. Ook dienen alle slachtoffers in de gelegenheid te worden gesteld om hun klacht alsnog in te dienen, omdat dit voorheen niet of nauwelijks mogelijk was vanwege de achterhaalde dwaling van het rechtssysteem.

De GGZ doofpot is geen geheim, en de machthebbers beseffen wellicht inmiddels ook wel dat het zinloos is om het onrecht te ontkennen. Herstel van de rechtstaat is nodig, per direct, net als de slachtoffers van het toeslagenschandaal.

Dus wij, slachtoffers van dwang in de zorg, verzoeken de verantwoordelijken om, in navolging van de toeslagenaffaire en met het oog op gelijkheid en non-discriminatie, actie te ondernemen en de GGZ-doofpot open te breken. Het is de hoogste tijd dat de slachtoffers van dwang in de zorg ook erkenning krijgen voor het zware leed dat ons is aangedaan.

“Zoiets mag nooit meer gebeuren”, zei de demissionaire premier Mark Rutte over de toeslagenaffaire. De slachtoffers van dwang en mishandeling in de GGZ willen nu eenzelfde soort welgemeende excuses, erkenning, remedies, sancties en compensatie voor de mensenrechtenschendingen in de GGZ.

Elke dag dat dwang in de zorg toegepast wordt, is er een te veel. Voor de meeste politici is 24uur snel voorbij, maar 24uur in Zweedse banden of een isoleercel duurt enorm lang en kan een levenslang trauma opleveren, omdat je juist niet verwacht dat hulpverleners zoiets doen, waardoor de laatste hoop op begrip als het ware ook weg-ebt. Dwangtoepassing is mishandeling en kan geen zorg genoemd worden. Beschaving lees je af aan de manier waarop een samenleving met zijn zwaksten omgaat. En als er een lid van de samenleving lijdt, dan lijdt de samenleving als geheel.

Genoeg is genoeg. Het is 2021.

Als Nederland nog een rechtstaat is, dan kan het GGZ leed niet langer ongezien blijven, en zal er erkenning vanuit de wetgevende, rechtsprekende en uitvoerende organen moeten komen, omdat het VN-Verdrag voor de Rechten van Personen met Beperkingen ons daartoe verplicht. Maar ook vooral om recht te doen aan elke burger, en om de rechtstaat te herstellen, en om daadwerkelijk lering te trekken uit de gemaakte fouten. Het is tijd voor een historische revolutie in de GGZ, alsook een hervorming van het rechtssysteem om discriminatie en schending van mensenrechten uit te bannen.

Falende rechtstaat!

Beschamende misser van het rechtssysteem!

Zoiets mag nooit meer gebeuren!


[1] Artikel: Waarom gedwongen GGZ behandeling verboden moet worden, (29 maart 2016)  https://tekeertegendeisoleer.wordpress.com/2016/03/29/waarom-gedwongen-ggz-behandeling-verboden-moet-worden/

[2] Artikel: “16 jaar oud, depressief en gemarteld in de psychiatrie” https://tekeertegendeisoleer.files.wordpress.com/2016/03/final_nl_persoonlijke-verklaring_16-jaar-oud-depressief-en-gemarteld-in-de-psychiatrie_maart-2016.pdf

[3] Artikel: “Gender interrupted by forced psychiatry”, https://tekeertegendeisoleer.files.wordpress.com/2016/10/personal-testimony_-gender-interrupted-by-forced-psychiatry.pdf

Alarm! Nederlandse overheid wil afwijken van mensenrechten!

Diep geschokt ben ik, nu ik lees welke Verklaringen de Nederlandse Staat heeft toegevoegd aan de ratificatie van het VN-verdrag voor de Rechten van Personen met Beperkingen.

De Verklaringen bij Ratificatie betekenen dat Nederland het anders wil doen dan de VN voorschrijft. Het gaat dus om afwijkingen van de mensenrechtenstandaarden.

Aanvankelijk dacht ik dat Nederland die “interpretatieve verklaringen” had laten vallen,  – althans, dat is mij verteld door de Nederlandse delegatie op 13 juni 2016, zie mijn blog: http://punkertje.waarbenjij.nu/reisverslag/4921178/new-york-day-1-civil-society-crpd-forum  –
maar dat blijkt dus niet waar te zijn.
Ik weet niet waarom men mij onjuist heeft voorgelicht…. Ik vind het wel heel erg raar.

Dit is een enorme teleurstelling!

Zie hier de website van de VN (OHCHR) met de informatie over ratificaties en verklaringen: http://indicators.ohchr.org/
Klik op Nederland.
Klik op Declarations.
En scroll naar: Convention on the Rights of Persons with Disabilities.

Daar staat een extreem lange lijst met uitzonderingen die Nederland bij dit Verdrag wil aanhouden.

Hierbij valt enorm op, dat de uitzonderingen vooral over het system van gedwongen interventies gaan (wilsonbekwaam-verklaringen en gedwongen interventies).

 

Lees hier de Declarations of the Netherlands:

Déclarations made upon ratification (2016): “Article 10 The Kingdom of the Netherlands acknowledges that unborn human life is worthy of protection. The Kingdom of the Netherlands interprets the scope of Article 10, in line with the relevant case law of the European Court of Human Rights on this issue, to the effect that such protection – and thereby the term ‘human being’ – is a matter of national legislation. Article 12 The Kingdom of the Netherlands recognizes that persons with disabilities enjoy legal capacity on an equal basis with others in all aspects of life. Furthermore, the Kingdom of the Netherlands declares its understanding that the Convention allows for supported and substitute decision-making arrangements in appropriate circumstances and in accordance with the law. The Kingdom of the Netherlands interprets Article 12 as restricting substitute decision-making arrangements to cases where such measures are necessary, as a last resort and subject to safeguards. Article 14 The Kingdom of the Netherlands recognizes that all persons with disabilities enjoy the right to liberty and security of person, and a right to respect for physical and mental integrity on an equal basis with others. Furthermore, the Kingdom of the Netherlands declares its understanding that the Convention allows for compulsory care or treatment of persons, including measures to treat mental illnesses, when circumstances render treatment of this kind necessary as a last resort, and the treatment is subject to legal safeguards. Article 15- The Kingdom of the Netherlands declares that it will interpret the term ‘consent’ in article 15 in conformity with international instruments and national legislation which is in line with these instruments. This means that, as far as biomedical research is concerned, the term ‘consent’ applies to two different situations: 1. Consent given by a person who is able to consent, and 2. In the case of persons who are not able to give their consent, permission given by their representative or an authority or body provided for by law. The Kingdom of the Netherlands considers it important that persons who are unable to give their free and informed consent receive specific protection taking into consideration the importance of the development of medical science for the benefit of persons with a disability. In addition to the permission referred to under 2. above, other protective measures as included in international instruments are considered to be part of this protection. Article 23 With regard to Article 23 paragraph 1(b), the Kingdom of the Netherlands declares that the best interests of the child shall be paramount. Article 25 The Kingdom of the Netherlands interprets article 25 (a) to concern access to health care and the affordability of health care, and confirms that discrimination in such matters is not allowed. The Kingdom of the Netherlands considers it also important that health care professionals may determine which health care is provided based on medical grounds and its expected (in)effectiveness. The individual autonomy of the person is an important principle laid down in Article 3 (a) of the Convention. The Kingdom of the Netherlands understands Article 25 (f) in the light of this autonomy. This provision is interpreted to mean that good care involves respecting a person’s wishes with regard to medical treatment, food and fluids, and that a decision to withhold any of these can also be based on medical grounds. Article 29 The Kingdom of the Netherlands is fully committed to ensure the effective and full exercise by persons with disabilities of their right and opportunity to vote by secret ballot. It recognizes the importance of persons with disabilities to have, where necessary, at their request, assistance in voting. To safeguard voting by secret ballot without intimidation, as provided for in article 29 (a) (ii), and to ensure the principle of one vote per person, the Kingdom of the Netherlands declares that it will interpret the term ‘assistance’ in article 29 (a) (iii) as assistance only to be effected outside the voting booth, except with regard to assistance required due to a physical disability, in which case assistance may also be permitted inside the voting booth.”

Declarations made upon signature (2007): “The Kingdom of the Netherlands hereby expresses its intention to ratify the Convention on the Rights of Persons with Disabilities, subject to the following declarations and such further declarations and reservations as it may deem necessary upon ratification of the Convention. Article 10 The Kingdom of the Netherlands acknowledges that unborn human life is worthy of protection. The Kingdom interprets the scope of Article 10 to the effect that such protection – and thereby the term ‘human being’ – is a matter for national legislation. Article 15 The Netherlands declares that it will interpret the term ‘consent’ in Article 15 in conformity with international instruments, such as the Council of Europe Convention on Human Rights and Biomedicine and the Additional Protocol concerning Biomedical Research, and with national legislation which is in line with these instruments. This means that, as far as biomedical research is concerned, the term ‘consent’ applies to two different situations: 1. consent given by a person who is able to consent, and 2. in the case of persons who are not able to give their consent, permission given by their representative or an authority or body provided for by law. The Netherlands considers it important that persons who are unable to give their free and informed consent receive specific protection. In addition to the permission referred to under 2. above, other protective measures as included in the above-mentioned international instruments are considered to be part of this protection. Article 23 With regard to Article 23 paragraph 1 (b), the Netherlands declares that the best interests of the child shall be paramount. Article 25 The individual autonomy of the person is an important principle laid down in Article 3 (a) of the Convention. The Netherlands understands Article 25 (f) in the light of this autonomy. This provision is interpreted to mean that good care involves respecting a persishes with regard to medical treatment, food and fluids.”

 

*

Het is bijna niet te geloven dat Nederland met deze stellingen komt, zelfs nadat het CRPD-Committee reeds vele verduidelijkende artikelen ter jurisprudentie heeft uitgegeven, zoals o.a.:

de General Comment no.1 on article 12 Equal recognition before the law, (2014) http://www.ohchr.org/EN/HRBodies/CRPD/Pages/GC.aspx

de Guidelines on article 14 Liberty and security of the person, (2015) te vinden op: http://www.ohchr.org/EN/HRBodies/CRPD/Pages/CRPDIndex.aspx

de oproep van 2 Speciale VN-Rapporteurs: Dignity must prevail (2015) http://www.ohchr.org/en/NewsEvents/Pages/DisplayNews.aspx?NewsID=16583&LangID=E

 

De Verklaringen bij Ratificatie betekenen dat Nederland het anders wil doen dan de VN voorschrijft. Het gaat dus om afwijkingen van de mensenrechtenstandaarden.
Het is werkelijk onbegrijpelijk dat de Nederlandse overheid hiervoor kiest.

Er zijn namelijk zoveel inspanningen, ook in de GGZ zelf, om dwang uit te bannen en humane zorg te leveren.
Zoals bijvoorbeeld:

De ontwikkeling van High Intensive Care Psychiatrie (HIC), http://hic-psy.nl/

En het Dolhuys Manifest: Nederlandse GGZ separeervrij! , zie http://www.hetdolhuys.nl/nieuws/de-isoleercel-is-rijp-voor-het-museum-

 

Dwang was gedurende de laatste 25 jaar al een “laatste redmiddel dat vermeden dient te worden, en zo min mogelijk gebruikt, omdat het namelijk geen therapeutische waarde heeft, en nadelig kan zijn” (grondslag uit MI-principles en wet BOPZ).

We hebben allemaal kunnen zien dat het gebruik van het “ultimum remedium” desondanks al 25 jaar lang toeneemt, en dat het huidige systeem van “zo min mogelijk dwang” dus niet werkt.

Het VN-Verdrag voor de Rechten van Personen met Beperkingen brengt nu verandering. Na 25 jaar lang “proberen om dwang te voorkomen”, wordt de norm nu verlegd, en erkent men dat dwang niet hetzelfde is als zorg. Dwang dient te verdwijnen. Eenieder heeft recht op goede zorg.

Ratificatie zonder uitzonderingen zou de ontwikkeling van humane zorg versterken. Echter, de Nederlandse overheid blijkt dwang te willen behouden!! Dit is een bizarre keuze, die teruggedraaid moet worden.

Wat nodig is, is zorg, geen dwang!

Het is nu nog belangrijker dan ooit om je stem te laten horen.

Ik wil daarom iedereen vragen om onze petitie te ondertekenen:

 Wetgevers Regel zorg in plaats van dwang!

https://www.openpetition.eu/nl/petition/online/wetgevers-regel-zorg-in-plaats-van-dwang

Campagne: VOOR een absoluut verbod op dwang in de GGZ – Steun de positie van het VN-Comité voor de Rechten van Personen met Beperkingen

Wil je meehelpen in de strijd tegen dwang in de GGZ?

Laat dan van jezelf horen, en geef op je eigen manier aan waarom jij vindt dat dwang niet thuishoort in de geestelijke gezondheidzorg. Schrijven, tekenen, zingen, filmen, alles mag, (en het mag ook anoniem). 

Draag met jouw publicatie bij aan de internationale campagne:

Vóór een absoluut verbod op dwang in de GGZ – Publicaties ter ondersteuning van de positie van het VN-Comité voor de Rechten van Personen met Beperkingen

 

INTRODUCTIE VAN DE CAMPAGNE

 

OPROEP TOT ACTIE:
De internationale campagne is gestart door Tina Minkowitz,
“Campaign to support CRPD absolute prohibition of commitment and forced treatment”
zie ook: https://absoluteprohibition.wordpress.com/

Actiegroep Tekeer tegen de isoleer! / Stichting Mind Rights doet graag mee aan deze internationale campagne, en wil iedereen oproepen om ook mee te doen aan de campagne:

VOOR een absoluut verbod op dwang in de GGZ – Publicaties ter ondersteuning van de positie van het VN-Comité voor de Rechten van Personen met Beperkingen

 

ACTIE:
Gecoördineerde publicaties en blogberichten die gelanceerd worden op 29 maart 2016, de openingsdag van de 15e sessie van het VN Comité voor de Rechten van Personen met Beperkingen.

 

DEELNEMERS:
Ervaringsdeskundigen, (ex-) clienten, overlevenden en zorgmijders, bondgenoten, naasten, onderzoekers, juristen, academici, hulpverleners, journalisten, bezorgde burgers vanuit de hele wereld…

 

INHOUD:
Schrijf (of kies een andere creatieve manier) vanuit je hart en ziel over aspect(en) van het absolute verbod op gedwongen psychiatrische interventies, en waarom het nodig is:

denk bijvoorbeeld aan:

  • de schade door gedwongen medicatie of andere gedwongen psychiatrische interventies;
  • het belang van solidariteit en het opbouwen van een inclusieve samenleving waar alle mensen gelijk zijn;
  • de juridische implicaties van het VN-verdrag voor de Rechten van Personen met Beperkingen (CRPD) en het internationaal en nationaal recht;
  • de ontvangst van het VN-verdrag voor de Rechten van Personen met Beperkingen (CRPD) door andere mechanismen voor mensenrechten;
  • het potentieel van het absoluut verbod op gedwongen psychiatrische interventies in relatie tot de transformatie naar vraaggestuurde diensten en ondersteuning op basis van vrije, geinformeerde keuze en respect voor de eigen regie van mensen met psychosociale problematiek;
  • de relatie tussen het pathologiseren van diagnoses en gedwongen behandeling en opname;
  • en nog veel meer….

Het is niet nodig om je tot deze voorbeelden te beperken; Wat belangrijk is, is dat vele stemmen vanuit vele perspectieven het nut en de noodzaak van het absolute verbod op gedwongen psychiatrische interventies aangeven.

 

REFERENTIE:
Link in je publicatie naar het VN-Verdrag voor de Rechten van Personen met Beperkingen (CRPD) en spreek je steun uit voor de positie die het VN-Comité voor de Rechten van Personen met Beperkingen uitdraagt.

Het VN-Committee voor de Rechten van Personen met Beperkingen heeft in de afgelopen jaren een aantal juridische stukken uitgebracht om het VN-Verdrag voor de Rechten van Personen met Beperkingen te verduidelijken. In de General Comment nr. 1 on CRPD Article 12 (mei 2014) en de Guidelines on CRPD article 14 (november 2015), wordt duidelijk uitgelegd dat dwang in de geestelijke gezondheidszorg in strijd is met het recht op vrijheid, het recht op handelingsbevoegdheid (zelfbeschikking), en vrijwaring van wrede, inhumane of vernederende behandeling of bestraffing.

Het verouderde concept, waarbij gedwongen psychiatrische interventies gezien werden als “laatste redmiddel” en “legaal mits omgeven door procedurele waarborgen” zoals onder de bestaande wetgeving (BOPZ, WVGGZ) is inmiddels achterhaald.

Voortschrijdende inzichten hebben geleid tot een vernieuwde norm, waarbij vrijheidsbeperking en dwangtoepassing op grond van een gezondheidstoestand of beperking als discriminatie en mensenrechtenschending wordt beschouwd.

Het VN-Committee voor de Rechten van Personen met Beperkingen promoot deze nieuwe norm, hetgeen in lijn is met wat Actiegroep Tekeer tegen de isoleer! / Stichting Mind Rights ook al jaren benadrukt: “Opsluiting en dwang zijn het tegenovergestelde van zorg.”

** (NOOT voor juridische experts) Het kan ook nuttig zijn om in publicaties te refereren aan de Basic Principles and Guidelines van de Working Group on Arbitrary Detention, (zie Principle 20 en Guideline 20), waarin een brug wordt geslagen van het oude concept naar de nieuwe norm, met instructies voor rechters om het absolute verbod op gedwongen psychiatrische interventies toe te passen.

 

CONTEXT VAN DE CAMPAGNE:
Het VN-Verdrag voor de Rechten van Personen met Beperkingen voorstaat een grote verandering voor de huidige ‘status quo’ van de rechtsstaat en de macht van de georganiseerde psychiatrie.

Inmiddels zijn twee VN-verdragsorganen openlijk in conflict gekomen met de tekst en de gezaghebbende interpretatie van het VN-Verdrag voor de Rechten van Personen met Beperkingen. Dit zijn:

– het Human Rights Committee (HRCtee) (dat toeziet op naleving van het Internationaal Verdrag inzake Burgerrechten en Politieke Rechten) middels hun General Comment No. 35 (para 19);

– het Subcommittee on Prevention of Torture (SPT) (dat plaatsen van vrijheidsbeneming bezoekt, en toezicht houdt op nationale preventie-mechanismen die hetzelfde doen), middels hun document “Rights [sic] of persons institutionalized and medically treated without informed consent”.

De positie van het SPT is het meest grimmig, en zij staan niet enkel gedwongen opname en gedwongen behandeling toe, maar zij stellen bovendien dat een absoluut verbod op dwangtoepassing het “recht op zorg” zou schenden, alsmede het “recht op vrijwaring van marteling en andere mishandeling”. Met andere woorden, het SPT steunt het achterhaalde argument van “recht op (gedwongen) behandeling” in lijn met de gevestigde psychiatrie, hetgeen dus gebaseerd is op talloze misvattingen, zoals bijvoorbeeld:

– alsof “het verlies van vrijheden, zeggenschap en maatschappelijke deelname”, of “het recht op opsluiting” een mensenrecht zou zijn ….

– alsof  dwangtoepassing een heilzame interventie zou zijn, of “therapeutisch-verantwoorde, wetenschappelijk-ontwikkelde, herstel-ondersteunende, welzijns-bevorderende, kwalitatief goede zorg” genoemd zou kunnen worden…

– alsof er geen alternatieven zoals echte heilzame, herstel-ondersteunende zorg zou bestaan, ook in crisissituaties …

 

Het afnemen van het recht op regie, zeggenschap en zelfbeschikking, en het afnemen van de bevoegdheid van de persoon om eigen beslissingen te nemen is in strijd met artikel 12 van het VN-Verdrag voor de Rechten van Personen met Beperkingen.

Lichamelijke en geestelijke integriteit, en autonomie omvatten de fundamenten van persoonlijkheid en veiligheid, en vormen zowel basale aspecten van mensenrechten alsook noodzakelijke condities voor een goed leven.

Zie eventueel ook de tekst van de oorspronkelijke internationale oproep:

https://absoluteprohibition.wordpress.com/2016/01/19/introducing-the-campaign-call-to-action/

 

METHODE:
Als je een individuele blog of website hebt die je wilt gebruiken voor je post, geef dan a.u.b. de naam en de link (URL) door, en een samenvatting van de inhoud voor 14 maart 2016. Er kan dan een link geplaatst worden vanuit deze blog.

Als je geen blog of website hebt, maar wel iets wil publiceren, neem dan contact op met Jolijn Santegoeds, tekeertegendeisoleer@hotmail.com .

Of neem contact op met de internationale coordinator van deze campagne: Tina Minkowitz, tminkowitz@earthlink.net

 

Deze campagne is onderdeel van de internationale campagne gestart door Tina Minkowitz,
“Campaign to support CRPD absolute prohibition of commitment and forced treatment”
https://absoluteprohibition.wordpress.com/

 

Pijnlijk: Nederland mist ontwikkeling mensenrechten in GGZ

De afgelopen tijd ben ik vooral veel op het internationale vlak actief geweest. En ik vraag me echt af waarom Nederland niet meedoet met de moderne ontwikkelingen.

Er is internationaal gezien veel vraag naar mijn werk, maar niet in Nederland. Wellicht omdat hier in Nederland bijna niemand op de hoogte is van het VN-verdrag voor de Rechten van Personen met Beperkingen (CRPD, 2006). Dit VN-Verdrag is nog steeds niet geratificeerd door Nederland (!). De rechten in dit VN-verdrag gelden ook voor mensen met psychiatrische (psychosociale) problematiek.

In de landen om ons heen is dit verdrag WEL geratificeerd. Om precies te zijn: in 25 van de 28 landen van de Europese Unie en wereldwijd in 155 landen. In al deze landen is men nu op zoek naar manieren om de rechten en vrijheid van clienten te herstellen en te maximaliseren. Zij zijn immers volwaardig mens, maar hebben in de praktijk vaak minder rechten dan andere (gezonde) burgers in de samenleving, en dat is dus ongelijkheid. Dit staat inmiddels ook bij de Europese Unie hoog op de agenda. (De EU heeft het VN-Verdrag geratificeerd in 2010).

Maar in Nederland lijkt de klok stil te staan. (zie ook mijn vorige blog https://tekeertegendeisoleer.wordpress.com/2015/03/17/schokkend-gebrek-aan-kennis-bij-thematische-wetsevaluatie-gedwongen-zorg/ ). Ik ervaar een steeds grotere kloof tussen de ontwikkelingen in Nederland, en de internationale dynamieken. Nederland blijft achter. En het is schokkend dat Nederland nu blijkbaar zo laks is ten opzichte van mensenrechten voor kwetsbare burgers.

Dit voorjaar kwam daarbovenop ook nog eens het pijnlijke besef dat ik in Nederland nog steeds geen gehoor heb gevonden mbt mijn persoonlijke klachten over mishandeling en mensenrechtenschending in de (jeugd)psychiatrie. Er is niets gebeurd met mijn aangifte bij de politie in Januari 2014. (zie https://tekeertegendeisoleer.wordpress.com/2014/01/06/aangifte-gedaan-van-mishandeling-door-ggz/ ) En er is in Nederland vanuit officiele instanties ook geen verdere actie ondernomen na de Communicaties van de Speciale VN- Rapporteurs aan de Nederlandse Staat , waarin wordt opgeroepen om mijn persoonlijke zaak te onderzoeken vanwege vermoedens van ernstige mensenrechtenschendingen door dwangtoepassing in de (jeugd)psychiatrie. (zie https://tekeertegendeisoleer.wordpress.com/2014/03/23/vn-waarschuwt-voor-mensenrechtenschendingen-in-de-nederlandse-psychiatrie/ )

Dat is echt pijnlijk. Ik had veel hogere verwachtingen van Nederland. Ik had niet verwacht dat men de oproep van de Speciale VN-Rapporteurs zou negeren, maar ik had juist verwacht dat Nederland de mensenrechtenverdragen en afspraken gemaakt met de Verenigde Naties serieus zou nemen. En ik had gehoopt dat de Communicaties van de Speciale VN-Rapporteurs een doorbraak zou genereren in Nederland, in lijn met het gedachtengoed uit het VN-verdrag , en dat dit vervolgens een nieuwe impuls zou geven aan de dwangreductie-beweging in de Nederlandse GGZ.

Na de afwijzende reactie van de Nederlandse Staat op de inhoud van de Communicaties van de VN Special Rapporteurs, en het verdwijnen van de politieke aandacht voor dwangreductie, en de huidige plannen zoals wetsvoorstel Verplichte GGZ voor uitbreiding van dwang  (wat dus niet in lijn is met het VN-gedachtengoed) , is het nu toch echt moeilijk om hoop en vertrouwen vast te houden.

De afgelopen jaren hebben clienten, naastbetrokkenen en vele hulpverleners heel hard gestreden voor dwangreductie, en de politiek gevraagd om te investeren in het mogelijk maken van respectvolle bejegening en kwalitatief goede zorg.  De stem van vele honderdduizenden direct-betrokkenen die roepen om betere voorzieningen lijkt echter totaal geen gehoor te vinden bij de beleidsmakers. En diezelfde beleidsmakers negeren zelfs specifieke waarschuwingen van het hoogste morele instituut van de wereld, de Verenigde Naties. Wat kan ik doen als men alles lijkt te negeren?  Ben ik machteloos?

Ik heb hier diep over nagedacht, en ik besefte dat dit gevoel van machteloosheid eigenlijk helemaal niet nieuw is, en dat ik niet de enige ben die dit ervaart, en dat juist de nood aan rechtvaardigheid hetgeen is dat mij gedreven heeft om acties en campagnes te starten. Want hoe meer mensen zich tegen het onrecht van dwang in de GGZ verzetten en meehelpen aan verandering, hoe beter en hoe sneller die verandering zal komen. En als we mensen bewust blijven maken, dan kan de beweging blijven groeien totdat er echt een doorbraak plaatsvind. Dat heeft dus zeker wel zin, ook als het een hele lange, moeizame en pijnlijke weg blijkt te zijn. Het is het waard. En zo heb ik toch weer energie gevonden om door te gaan met de strijd, ondanks de zware teleurstelling die de Nederlandse beleidsmakers en juristen aan mij en andere slachtoffers van dwang in de GGZ toebrengen.

Ik zal niet opgeven en me niet laten wegdrukken, want ik kan het onrecht niet accepteren, en ik wil niet wegkijken.  Ik kan niet zwijgen. Ik laat me niet onderdrukken! Ik blijf strijden voor erkenning van de schadelijkheid van dwangtoepassing in de zorg, en voor menswaardige zorg en mensenrechten in GGZ-crisis situaties. En ik hoop dat er snel meer aandacht komt voor het VN-verdrag in Nederland, en daarmee ook hernieuwde aandacht voor dwangreductie in de GGZ.

Het is namelijk NIET onmogelijk om de zorg te verbeteren in Nederland.  Het kan zoveel beter!

Het is te verwachten dat er ook snel meer druk zal komen vanuit de Europese Unie.

Verslag van internationale activiteiten

Sinds december 2014 zit ik in het bestuur van ENUSP, European Network of (Ex) Users and Survivors of Psychiatry (www.enusp.org) en sindsdien ben ik steeds vaker betrokken bij initiatieven op Europees niveau, vooral op het gebied van mensenrechten.

De EU heeft het VN-Verdrag geratificeerd in 2010.

Dit jaar, tussen maart en september 2015, vindt de eerste evaluatie van de Europese Unie mbt de implementatie van het VN-Verdrag voor de Rechten van Personen met Beperkingen (CRPD) plaats. Een delegatie van de EU zal zich in Geneve aan het VN-Committee voor de Rechten van Personen met Beperkingen (CRPD-Committee) moeten verantwoorden. Dit is een uniek proces, want het is de eerste keer dat een regionale organisatie die bestaat uit verschillende landen een VN-verdrag heeft geratificeerd, en dus ook de eerste keer dat een VN-Committee een evaluatie (review) houdt over een regionale organisatie, waarbij de verantwoordelijkheden en competenties veel ingewikkelder zijn dan bij een gewone lidstaat c.q. verdragspartij. Er zijn dus vele ogen gericht op dit proces.

In maart 2015 heb ik namens ENUSP gewerkt aan de inzending van  “ENUSP Proposals for the List of Issues on the EU for CRPD review”, met suggesties voor de initiele vragenlijst van het CRPD-Committee aan de EU. Hierin benoemd ENUSP thema’s die belangrijk zijn voor clientenrechten in de EU. Zie de inzending van ENUSP hier: http://www.enusp.org/index.php/news/253-list-of-issues

Vervolgens was ik van 29 maart tot 2 april 2015 in Geneve om deel te nemen aan de 13e sessie van het CRPD-Committee, en om de inzending van ENUSP over de EU toe te lichten in een seminar met verschillende Europese belangenorganisaties voor de rechten van personen met beperkingen (EDF side-event op 2 april 2015). Zie mijn verslag op: http://punkertje.waarbenjij.nu/reisverslagen/488583/un-crpd-committee-13th-session/1

Daarna werd ik uitgenodigd door de Europese Commissie, om de ENUSP-inzending over de List of Issues for EU review te presenteren op het European Commissions Work Forum on the Implementation of the UN Convention on the Rights of Perons with Disabilities, op 29 april 2015 in Brussel.  Ik vond het heel prettig om mee te maken dat de Europese Commissie actieve interesse toont in de alternatieve rapporten over de stand van zaken in de EU, en dat zij actief een podium bieden aan de kritiek vanuit belangenorganisaties. (Van deze goodwill tov kritiek kan men in Nederland nog wat leren!)

Zie mijn verslag op: http://punkertje.waarbenjij.nu/reisverslag/4825744/european-commission-work-forum-crpd-implementation

In mei heb ik behoorlijk wat tijd besteed aan het uitzoeken van verdere stappen mbt mijn eigen zaak, want na ruim 20 jaar wil ik nog steeds niet opgeven, en probeer ik nog steeds te bereiken dat men mijn klachten serieus gaat nemen, ondanks de vele tegenslagen. Ik zie wel weer mogelijkheden, maar ik moet nog even afwegen wat nou de beste weg is. Dat kost echt tijd en energie, maar opgeven kan echt niet. Zeker niet nu de Speciale VN-Rapporteurs vorig jaar hun zorgen hebben geuit. Ik ben serieus aan het broeden op vervolgstappen.

Eind mei werd ik uitgenodigd voor de jaarlijkse ledenvergadering van EDF (European Disability Forum) op 29-31 mei  in Warschau. Op de bijeenkomst van EDF werd een groot deel van de tijd gewijd aan het evaluatieproces van de EU mbt de implementatie van het VN-verdrag voor de Rechten van Personen met Beperkingen.  ENUSP is lid van EDF, en we werken nu zowel aan een EDF-inzending als aan een ENUSP-inzending voor de evaluatie van CRPD-implementatie in de EU. De evaluatie van de EU zal plaatsvinden bij de 14e sessie van het CRPD-Committee, op 27-28 augustus 2015 in Geneve. Daarna zullen de aanbevelingen van het CRPD-Committee aan de EU op 3 september openbaar gemaakt worden. (de grootste uitdaging daarbij is het omgaan met de gedeelde taken/verantwoordelijkheden tussen de EU en de lidstaten). Het is een zeer complex maar wel zeer belangrijk proces. Mijn verslag van de conferentie van EDF is te vinden op http://punkertje.waarbenjij.nu/reisverslag/4835742/edf-ga-in-warsaw-with-a-smile

De reis naar Warschau was bovendien ontzettend gaaf. In het vliegtuig zat ik langs de zangeres van de band Epica, en zij heeft me op de gastenlijst gezet voor een festival op de Universiteit in Warschau (Ursynalia 2015). En zo liep ik enkele uren na aankomst in Polen als VIP rond op een festival, met een artiestenbandje en een backstage-pas. Dat was natuurlijk een onvergetelijke en supercoole ervaring.

Een dag na mijn terugkomst uit Warschau, vertrok ik op 1 juni alweer naar Brussel, voor een hoorzitting bij het Europees Parlement op 2 juni 2015, georganiseerd door de European Association of Service Providers for Persons with Disabilities (EASPD) over het thema Co-production. Men is zoekend naar bouwstenen voor Europees beleid inzake goede vormen van samenwerking en co-productie met alle partijen in de zorg, en in lijn met het gedachtengoed van het VN-verdrag, wat inhoudt dat clienten de regie hebben over de zorg die zij ontvangen. Ik gaf daar een presentatie over het inzetten van Eigen Kracht-conferenties om dwang te voorkomen, als voorbeeld van een co-productie-proces tussen hoofdpersoon, naasten en hulpverleners. Die presentatie werd zeer goed ontvangen. Zie ook: http://punkertje.waarbenjij.nu/reisverslag/4836357/presentation-at-easpd-hearing-on-co-production#ad-image-121707102

Op 11 juni was ik in Utrecht voor een besloten conferentie over het Nederlandse pilot-project met het inzetten van Eigen Kracht-conferenties om gedwongen psychiatrische maatregelen te voorkomen (daarover volgt nog een apart verslag). Inmiddels is het projectgeld in Nederland op, en lijkt het weer zeer moeilijk om een nieuw budget te vinden voor verdere uitrol en studie van Eigen Kracht-conferenties bij het voorkomen van dwang. Dit staat in een schril contrast met de internationale interesse en waardering voor dit pilot-project!

Volgende maand ga ik van 15-31 juli naar Japan! Ik ben uitgenodigd om training te geven over het inzetten van Eigen Kracht-conferentie bij het voorkomen van dwang, want men wil dit project ook opzetten in Japan, en er is subsidie verleend van de Japanse overheid om mij en 2 trainers vanuit de Eigen Kracht-centrale (Rob en Hedda) in te vliegen voor een 4 daagse training, gericht op het opleiden van verwijzers en coordinatoren in Japan, die daarna in staat zijn om daadwerkelijk Eigen Kracht-conferenties te organiseren om dwang te voorkomen in Japan.

Natuurlijk ben ik daar heel erg trots op, en ik zie er erg naar uit om Japan te bezoeken.

Eind augustus zal ik ook weer naar Geneve gaan, om de 14e sessie van het CRPD-Committee bij te wonen, en met name om de rechten van mensen met psychosociale beperkingen in de EU-evaluatie-sessie onder de aandacht te brengen via het aankomende schaduwrapport van ENUSP. We hopen dat het CRPD-Committee met sterke aanbevelingen zal komen. De Europese Commissie heeft reeds besloten dat zij de Concluding Observations als bindend zullen beschouwen en stellen dat mensenrechten niet enkel een prioriteit zijn, maar een verplichting. Het EU-evaluatie-proces biedt dus een kans op meer aandacht en beleid voor de rechten van mensen met psychosociale problematiek  op Europees niveau.

 

De voorgaande Concluding Observations van het CRPD Committee zijn overduidelijk in het standpunt tegen dwang in de GGZ, zie bijvoorbeeld de CO’s over Duitsland (onder art 14 en 15, pagina 5-6):  http://tbinternet.ohchr.org/_layouts/treatybodyexternal/Download.aspx?symbolno=CRPD/C/DEU/CO/1

Zoals gezegd, ik zie een toenemende kloof tussen de Nederlandse ontwikkelingen en de internationale ontwikkelingen. Internationaal is er veel vraag naar mijn werk, mijn kritiek en mijn verbeter-ideeen, en ik word keer op keer gevraagd om mee te denken over de implementatie van het VN-verdrag in allerlei landen en internationale organisaties, maar in Nederland niet, terwijl er ook in Nederland nog echt heel veel te verbeteren is in de GGZ. Waar zijn onze ambities in het zorgen voor kwetsbare burgers in de samenleving??? Wanneer gaat Nederland weer meedoen aan de ontwikkelingen van deze eeuw?

 

Onthoud goed: Het is helemaal niet onmogelijk om de zorg te verbeteren in Nederland. Het is juist een passende uitdaging. Help ons iedereen te overtuigen.

 

Ook u kunt meehelpen!

De activiteiten van Stichting Mind Rights worden mede mogelijk gemaakt door  giften en donaties. U kunt ons steunen met een gift of donatie op rekeningnummer:

IBAN:   NL31 INGB 0002762216 ten name van Stichting Mind Rights, Eindhoven.

Een andere wereld is mogelijk!

Hoorzitting Tweede Kamer over ratificatie VN-verdrag voor de Rechten van Personen met Beperkingen

Gisteren, maandag 9 februari 2015, ging ik naar de Tweede Kamer in Den Haag voor de Hoorzitting over de ratificatie van het VN-verdrag voor de Rechten van Personen met Beperkingen. De Hoorzitting was bedoeld om de leden van de Tweede Kamer Commissie van VWS, te informeren over de reacties van veldpartijen op de ratificatie-wetsvoorstellen mbt het VN-verdrag.

 

Ik was geen spreker maar zat op de publieke tribune. Ik had me erg verheugd op de Hoorzitting, omdat dit een mijlpaal zou zijn voor de erkenning van mensenrechtenschendingen door dwang in de zorg. Dit thema zou oa onder de aandacht worden gebracht door de Coalitie voor Inclusie, door LPGGZ en door het College voor de Rechten van de Mens. Ik had er erg veel zin in om dit te aanschouwen.

 

Vooral de erkenning door het College voor de Rechten van de Mens is daarbij een mijlpaal, aangezien ik daar vorig jaar nog enkele zeer heftige discussies heb gehad (zie o.a. https://tekeertegendeisoleer.wordpress.com/2014/04/16/zwaar-gesprek-bij-college-voor-de-rechten-van-de-mens-op-24-maart-2014/ ). Er is nu dus sprake is van een visie-verandering.

 

Het officiele schriftelijke advies van het College voor de Rechten van de Mens  over de ratificatie-wetsvoorstellen bevat een kritische passage over dwang in de GGZ:

 

Het College wijst er op dat het toezichthoudend VN-Comité bij het verdrag benadrukt dat gedwongen behandeling door psychiatrische en andere medische professionals strijd oplevert met de beginselen van het recht op persoonlijke integriteit (artikel 17), de vrijwaring van foltering (artikel 15) en de vrijwaring van geweld en misbruik (artikel 16). Mensen met een beperking hebben het recht een medische behandeling te kiezen. Het gedwongen opleggen van een behandeling is volgens het Comité dan ook een inbreuk op artikel 12 van het verdrag.1 Ook wanneer mensen in (psychiatrische) instellingen in crisissituaties geraken moet de Staat hun handelingsbekwaamheid respecteren.

Het College vraagt uw Kamer bij de behandeling van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg en de Wet zorg en dwang na te gaan of de verplichtingen ten aanzien van dwang in de zorg op grond van de verplichtingen uit het verdrag aanpassing behoeven.

(bron: Pagina 8 Advies College voorde Rechten van de Mens: http://www.mensenrechten.nl/publicaties/detail/34841 )

 

De omslag in de visie van het College voor de Rechten van de Mens is een belangrijke doorbraak, en ik keek er erg naar uit om dit werkelijk benoemd te horen worden in de Tweede Kamer. Dat is wellicht voor het eerst dat er echt serieus over het afschaffen van dwang wordt gesproken, een mijlpaal in de geschiedenis van de clientenbeweging.

 

Vol goede moed ging ik naar Den Haag. Om 10.00 begon de Hoorzitting over ratificatie van het VN-verdrag voor de Rechten van Personen met Beperkingen.

 

De sprekers waren verdeeld over 3 blokken, en kregen elk 2 minuten om hun expert-visie toe te lichten, waarna de Kamerleden nog enkele verhelderende vragen konden stellen.

 

De eerste spreker was Dick Houtzager van het College voor de Rechten van de Mens. En hij zei het!! Hij benoemde 3 hoofdpunten:  toegankelijkheid, gelijke behandeling en regie, en bij het punt regie benoemde hij dat herzien moest worden of wetsvoorstel Zorg en Dwang en wetsvoorstel Verplichte GGZ aan het mensenrechtenverdrag voor de rechten van personen met beperkingen voldoet met het oog op ondersteuning. En dit geldt ook voor wetten over curatele, bewind en mentorschap. Ook is het College bereid om de rol van monitoring op zich te nemen.

 

Ik was blij om dit standpunt van het College voor de Rechten van de Mens te horen, ook al was het nogal summier en droog geformuleerd (er was ook maar heel weinig spreektijd). Het is een mijlpaal.

De dag begon dus goed.

 

Blok 1 vervolgde met een bijdrage vanuit de VGN (Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland), waarbij gesteld werd dat de mate van specialisatie in de zorg ook heeft bijgedragen aan exclusie, omdat de kennis van de sector niet is doorgevoerd naar de buitenwereld. Hierdoor ontstaan er oa veel problemen zijn bij de overgangen in de keten, zoals bijvoorbeeld in de bejegening van een persoon met een verstandelijke beperking in de periode voor, tijdens en na justitiele detentie. VGN pleitte er dan ook voor om de kennis die verzameld is in de sector door te voeren in de rest van de samenleving.

 

Daarna kwam aan bod: Toegankelijkheid van sport (NOC-NSF), toegankelijkheid van de horeca (Horeca Nederland), inclusie van personen met beperkingen in de bouw-uitvoering (Bouwend Nederland), de relatie tussen inclusief openbaar vervoer en specifiek doelgroep-vervoer (Connexxion/Veolia).

De laatste bijdrage van Blok 1 ging over het grote knelpunt mbt zorgvraag en indicatiestelling (WMO-onderzoek wat vaak fout gaat), waardoor op allerlei plaatsen in het land, mensen niet de zorg krijgen waar zij recht op hebben (ANBO).

 

De vragen van de Kamerleden gingen vervolgens hoofdzakelijk over toegankelijkheid, waarbij de genodigde sprekers benadrukten dat inclusie en toegankelijkheid begint met besef en bewustwording, geillustreerd met een voorbeeld van het voorlezen van de menu-kaart in de horeca (dat kost eigenlijk niets, maar het begint bij een besef van gastvrijheid en inclusie).

Helaas werd er niets meer gezegd over dwang in de GGZ.

 

Na een korte pauze van 5 minuten begon Blok 2.

 

Illya Soffer van Iederin gaf een treffende uiteenzetting van het belang van regie, inclusie en de mensenrechten in het VN-verdrag: Dat het gewoon is dat ik er ook ben. Het VN-verdrag biedt een routebeschrijving om stap voor stap tot inclusie te komen, en om beeldvorming, houdingen en gedrag ten aanzien van personen met beperkingen te veranderen. Het voeren van eigen regie, zeggenschap en keuzes behoort normaal te zijn voor ieder mens, ook voor personen met beperkingen. Iederin pleit voor een daadkrachtige implementatie en stelde dat de huidige ambities van de regering teleurstellend zijn.

 

Daarna volgde een bijdrage over de toegankelijkheid van kieslokalen en het stemproces (Kiesraad), waarbij de huidige ambitie van de regering (25% toegankelijkheid) als ondermaats wordt beschouwd.

 

Daarna sprak Conny Kooijman van LFB (vereniging door en voor verstandelijk gehandicapten) over de toegankelijkheid van informatie en voorzieningen in de samenleving voor personen met een verstandelijke beperking, zoals ontoegankelijke brieven van instanties, OV-voorzieningen en reis-informatie, het stemproces bij verkiezingen, en allerlei andere aspecten van het leven in de samenleving als medemens. Ook benadrukte Conny dat het wegvallen van subsidies een groot probleem is, waardoor de belangenorganisatie onder druk komt te staan. Betaalde krachten zijn nu onbetaald, en doen het werk als vrijwilligerswerk, en ervaren bijkomende druk van de participatiewet (verplicht betaald werk zoeken).

 

De volgende spreker was Nic Vos de Wael namens het Landelijk Platform GGZ (LPGGZ,). Hij sprak over het terugdringen van separeren in de GGZ. De ontwikkeling van High en Intensive Care in de GGZ (www.hic-psy.nl) laat zien dat het separeren teruggedrongen kan worden tot 0 of bijna 0, door het humaniseren van de zorg en het aanbieden van intensieve 1 op 1 zorg. Maar er bestaan grote verschillen tussen instellingen, en enkele instellingen melden een toename van dwang vanwege de bezuinigingen. Het VN-verdrag is een kans om goede zorg te realiseren en de afgevlakte ambitie om dwang terug te dringen te doen herleven. Het LPGGZ pleit ervoor om de interpretatieve verklaring mbt artikel 14 te schrappen, en wil graag het debat aangaan over het VN-verdrag en de GGZ. Het LPGGZ vindt dat wetsvoorstel Verplichte GGZ en wetsvoorstel Zorg en Dwang getoetst moeten worden aan het VN-verdrag.  Daarnaast benoemde LPGGZ het thema arbeid (slechts 20% heeft betaald werk) en illustreerde het thema inclusie met de problematische nieuwe regelgeving waarin de mogelijkheid bestaat om mensen een woning te weigeren op basis van overlast-meldingen uit het verleden, maar het is natuurlijk niet veiliger om deze mensen op straat te laten staan.  Het LPGGZ benadrukte: ratificatie is niet vrijblijvend en discriminerende wetten moeten worden tegengegaan.

Ik was blij dat het LPGGZ deze punten verwoordde.

 

Daarna werd er nog gesproken over de onduidelijkheden rond de rol en plichten van werkgevers mbt inclusie van personen met beperkingen  (VNO-NCW MKB Nederland),  over toegankelijkheid van winkels en webshops, en de ontwikkeling van een platform voor winkeliers voor informatie-uitwisseling mbt concrete instrumenten en aanpak (Detailhandel Nederland), en over premieberekening, risico-ontwikkeling en verzekerbaarheid  (Verbond van Verzekeraars).

 

Een krachtige bijdrage kwam vervolgens van Eva Westerhoff van Dovenschap. Zij was uitgenodigd als spreker, maar de Tweede Kamer had er niet aan gedacht om een gebaren-tolk te regelen, dus dat had ze zelf maar gedaan, en niet enkel voor zichzelf, maar ook zodat de Kamerleden haar konden begrijpen (die opmerking was een treffende illustratie van de tweeledigheid van inclusie, en bracht de Kamerleden lichtelijk in verlegenheid). Ze vertelde dat tal van aanpassingen nodig zijn in de Nederlandse wetgeving om barrieres weg te nemen voor de inclusie van doven en slechthorenden, zodat ook zij hun talenten kunnen benutten, hetgeen uiteindelijk een kostenbesparing is (geen uitkering maar een opleiding en werk). Ze pleitte expliciet voor de erkenning van de Nederlandse gebarentaal als officieel erkende Nederlandse taal, want dat is nu niet zo, hetgeen leidt tot veel problemen mbt voorzieningen.

 

De laatste bijdrage van Blok 2 was van LOC en ging over inclusief design (design for all). Veel voorzieningen zijn nu “exclusief” dwz. enkel ingericht op mensen zonder beperkingen, en aanpassingen zijn vaak duur en soms niet eens mogelijk. Door voorzieningen “inclusief” vorm te geven (toegankelijk OV, eenvoudig aanpasbare woningen enz.) worden de hoge aanpassingskosten omlaag gebracht of zelfs overbodig, en kunnen mensen met beperkingen ook zelfstandig meedoen in de samenleving, hetgeen een recht is en geen extraatje.

 

Na Blok 2 werden er ook weer vragen gesteld, wederom vooral over concrete doelgroep-voorzieningen en toegankelijkheid, en over de organisatie van clientenorganisaties (door bezuinigingen is dit voor bijna iedereen vrijwilligerswerk, en inkomsten zijn veelal versnipperde project-subsidies met een grote administratielast, en veel lokale initiatieven zijn gestopt terwijl de decentralisaties van de zorg en sociale voorzieningen nu juist vragen om lokale belangenbehartiging).

 

Na de lunchpauze van 30 minuten begon Blok 3, het laatste blok van deze bijeenkomst.

Peter Hoogenveen van de Coalitie voor Inclusie sprak over de tendens in de huidige samenleving waarbij iedereen met een streepje uitgesloten wordt, hetgeen leidt tot een onhoudbare en onbetaalbare situatie. Mensen met een beperking zijn geen kostenpost, maar de uitsluiting is de kostenpost. Het is zaak om de toegankelijkheid van de samenleving te repareren, hetgeen weerspiegeld wordt in de uitspraak: van medisch naar sociaal model.  Gelijkheid voor de wet betekent dat zeggenschap en beslissingen van een persoon niet overgenomen kunnen worden door een ander, en het VN-verdrag stelt dat er zonodig begeleiding beschikbaar moet zijn ter ondersteuning van de uitoefening van de wil en wensen van de persoon. Er kan geen voorbehoud zijn op zelfbeschikking. Meedoen is een recht, dus in plaats van lange discussies zou de Nederlandse staat ambitie moeten tonen, en bijv. mbt verkiezingen de norm stellen op 90-100% toegankelijke stemlocaties ipv de huidige 25%.

 

Daarna werd er gesproken over: het advies om nader onderzoek te doen naar procedures en aanpassingskosten voor bestaande ondernemers in geval van verzoeksprocedures voor aanpassingen (Actal)

 

Hadewych Cliteur van de koepel van ouderenorganisaties (CSO) sprak over de positie van ouderen,  die steeds langer thuis wonen, echter vaak in niet-levensloopbestendige woningen, waarvan de aanpassing complex en duur is. Ouderen ondervinden vaak tal van barrieres in de samenleving, zoals toenemende digitalisering, en een afname van voorzieningen als pinautomaten, buurtwinkels, kerken enz. De ratificatie van het VN-verdrag biedt kansen om niet enkel te kijken naar de gezondheidszorg, maar ook naar de kwaliteit van leven en de toegankelijkheid van de samenleving voor ouderen. Het VN-verdrag is geen bezigheidstherapie, en net als veel andere sprekers benadrukte ze dat er een gedegen plan van aanpak voor implementatie dient te komen.

 

Vanuit de Oogvereniging werd er aandacht gevraagd voor tal van barrieres die gelijkwaardig meedoen verhinderen voor blinden en slechtzienden, zoals het OV-chipkaart-systeem dat niet toegankelijk is, ontoegankelijke websites en informatie, problematische toegang tot het stemproces bij verkiezingen, en voorzieningen die blindegeleidehonden weigeren enz. Slechts 39% heeft betaald werk.

 

Daarna volgde een bijdrage vanuit de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) over lokale implementatie waarbij er diversiteit bestaat tussen gemeenten bij het vormgeven van gemeentelijke beleid en praktische voorzieningen. Enkele gemeenten houden al rekening met het VN-verdrag als leidraad bij beleid (o.a. Middelburg en Utrecht).

 

Daarna werd er vanuit de NS gesproken over de (on)toegankelijkheid van het spoorwegvervoer, waarbij benadrukt werd dat de fysieke aanpassing van treinen zeer lastig is ivm de afschrijftijd van 30 jaar, maar de NS hoopt wel elk jaar iets te verbeteren….  (dit was geen indrukwekkende bijdrage).

 

Gerrit van der Meer van de Landelijke Clientenraad mbt sociale zekerheid (LCR) stelde eveneens dat er een goed plan van aanpak voor implementatie nodig is, en dat er een discrepantie bestaat tussen de participatiewet en het VN-verdrag, mbt discriminatie op het vlak van arbeid. Een inclusieve samenleving is veel rijker dan een samenleving die mensen uitsluit.

 

Daarna was er een bijdrage van Aline Saers van PerSaldo (belangenorganisatie van PGB-houders). Eigen regie is een voorwaarde voor participatie en maatschappelijke deelname, en eigen regie is bovenal een basisrecht. Uitsluiting van personen met beperkingen vindt nog dagelijks plaats, en het is nu nodig om stappen te zetten die echt bijdragen aan volwaardig meedoen en inclusie. Er zijn nog veel barrieres, zoals bijvoorbeeld: de lijst met verzekerde zorg bevat geen hulp buitenshuis (moet je dan maar altijd binnenblijven?). Ook zijn de voorzieningen opgedeeld over verschillende loketten en regels, waardoor het een enorm grote uitdaging wordt om levenslange en levensbrede ondersteuning te regelen. Door het zorgdomein te koppelen aan het VN-verdrag, komt participatie en inclusie van personen met beperkingen op de agenda. De huidige wetten en regels dienen getoetst te worden aan het VN-verdrag , en gemeenten dienen voorwaarden mb inclusie en participatie te stellen aan zichzelf en anderen.

 

De laatste spreker was Jacqueline Kool vanuit Disability Studies. Ratificatie van het VN-verdrag is een historisch moment omdat personen met beperkingen worden erkend als burgers, net als anderen. Personen met beperkingen hebben nog vaak te maken met discriminatie en uitsluiting, o.a. op het vlak van autonomie en eigen regie. Het VN-verdrag benadrukt het belang van actie om gelijkheid te realiseren. Een rode draad in het VN-verdrag is het participatiebeginsel: Nothing about us, without us. Dit impliceert dat de ervaringsdeskundigheid en kennis van personen met beperkingen dient worden erkend en benut bij kennisontwikkeling, en ook bij beleidsvorming en uitvoering van het VN-verdrag. Het thema eigen regie is een belangrijk thema in het VN-verdrag.  De huidige terugloop van voorzieningen bijt de uitvoering van het VN-verdrag.

 

Daarna was het tijd voor de vragen van de Kamerleden over Blok 3.

 

De eerste vraag was van Kamerlid Renske Leijten (SP) en zij vroeg aan de sprekers of zij konden aangeven welke wetten er gewijzigd dienden te worden voor een goede uitvoering van het VN-verdrag. Er werden tal van wetten genoemd, zoals kieswet, participatiewet, zorgverzekeringswet, quotumwet, omgevingswet, ziektewet, WIA, onderwijs en langdurige zorg. Maar er werd niets meer gezegd over dwang in de GGZ (wet verplichte GGZ en wet Zorg en Dwang) , terwijl de Coalitie voor Inclusie hier in principe ook onze belangen zou behartigen…

Dat trok ik even niet. Ik voelde me vergeten, en dat had ik niet verwacht, omdat ik binnen de Coalitie juist gehoor vindt (en het staat wel in de schriftelijke reactie, p4-5 http://www.vnverdragwaarmaken.nl/images/vninfo/14-0411_Bijlage_Alliantie.pdf ).

Misschien was het juist daarom, dat ik het ongelooflijk schokkend vond dat dit thema “vergeten” werd. Het voelde opeens weer alsof men alles belangrijker vindt dan het lot van de mensen die opgesloten zitten in isoleercellen, onderworpen aan dwang in de GGZ… Het voelde als uitsluiting, terwijl ik er juist op rekende dat het ditmaal anders zou zijn… dat deed echt pijn, en ik werd er zelfs onverwacht emotioneel van, dus toen ben ik maar heel even weggegaan naar de wc.

 

Daarna heb ik nog naar de laatste vragen en antwoorden geluisterd, wat o.a. ging over good practices, proportionaliteit van aanpassingen, gemeentelijk beleid (individueel maatwerk versus algemeen beleid) en clientenparticipatie.

 

Het viel me wel op dat de vragen van de Kamerleden voornamelijk praktisch van aard waren (welke voorzieningen en wijzigingen zijn er nodig), en het leek alsof dit vanuit een “ouderwets” zorg-perspectief werd benaderd (in het licht van versnipperde zorgkosten en haalbaarheid, grenzend aan symptoombestrijding), terwijl het gaat over inclusie: meedoen is een basisrecht.  Deze omslag in denken zag ik nog niet terug in de vragen.

 

Rond 15.00 was de sessie afgelopen. De Tweede kamer zal nu gaan kijken of er nog een consultatie-ronde en/of hoorzitting nodig is voordat men overgaat tot parlementaire behandeling van de ratificatie-wetsvoorstellen.

 

Ik had echt een dubbel gevoel toen ik wegging: Enerzijds was ik echt blij omdat het College voor de Rechten van de Mens, en ook LPGGZ, het punt hadden gemaakt dat dwang in de GGZ niet langer toelaatbaar is onder de nieuwe mensenrechtenstandaarden. Dat is een mijlpaal!
Maar ik was ook teleurgesteld dat dit thema aan het einde van de sessie alweer uit beeld was geraakt, en het is pijnlijk en zorgelijk dat de spreker van de Coalitie voor Inclusie ons zomaar eventjes vergat (dat hoort niet te kunnen). Maar ja, de spreektijd was ook erg kort, en wellicht was hij overdonderd door de vraag. Het was vast een eenmalige vergissing. Maar toch, in de toekomst moet dit wel beter, want mensen in isoleercellen, mensen onderworpen aan dwang in de zorg, mogen niet langer worden vergeten als het gaat over mensenrechten! 

 

Ik ben echt benieuwd hoe dit verder zal gaan.

Opening HIC-afdeling bij GGZ Breburg

Op woensdagmiddag 28 januari 2015 ging ik naar GGZ Breburg, Jan Wierhof in Tilburg voor de opening van de HIC, de nieuwe High en Intensive Care afdeling. De opening bestond uit een paar korte presentaties over de nieuwe HIC-afdeling en visie, en daarna een rondleiding over de nieuwe, verbouwde afdeling. Het was een echte openings-ceremonie met tal van trotse gezichten en dankwoorden enzo.  Gelukkig was het niet al te feestelijk (dus niet zoals bij Parnassia in 2011 waar men slingers in de zogeheten separeer-nieuwe-stijl had gehangen). Vooral de rondleiding vond ik toch wel heftig en zette me enorm aan het denken.

Officieel deel
De middag begon om 13.30. Het officiele programma was al begonnen toen ik binnenkwam. Als eerste legde Tom van Mierlo, directeur behandelzaken, heel kort de HIC-visie uit. Dit verhaal was mij al bekend, zie ook: https://tekeertegendeisoleer.wordpress.com/2014/06/11/hic-congres-5-juni-2014-nooit-meer-eenzame-opsluiting/

Daarna was er een bijdrage vanuit ervaringsdeskundig perspectief, door Alwin Verdonk en Bram Berkvens. Zij benoemden een aantal leerpunten op een ludieke manier, in de stijl van:  “Weet je nog, vroeger, toen er geen aandacht was…”. Daarna vertelden ze over hun eigen herstelproces, en de belangrijke bijdrage van persoonlijke leefomstandigheden en sociale relaties aan herstel . Ook spraken zij over goede nieuwe ontwikkelingen in het HIC-zorgaanbod, waarbij er nu meer aandacht is voor de persoonlijke context en persoonlijke wensen op sociaal en maatschappelijk vlak.

Niek van Haasteren haakte hierop aan vanuit familieperspectief, en benadrukte het belang van het betrekken van familie bij de behandeling, en de noodzaak om dit dan ook te faciliteren op de afdelingen door bijv. een open deur voor bezoek, Rooming-In (logeerbed, maaltijd enz.) en trainingen op het gebied van herstel en empowerment (HEE) speciaal voor familie en naastbetrokkenen.

Tenslotte was het woord ook nog even aan prof. Niels Mulder (Erasmus universiteit) die benadrukte dat de HIC-ontwikkeling een enorme historische mijlpaal was, omdat het HIC-model herstel als leidend principe neemt, en niet de opsluiting, zoals sinds de 18e eeuw gewoon was in de GGZ. En het is ook erg bijzonder dat deze verandering Bottom-Up (vanuit het veld, niet door de politiek) is ingezet. En bovendien is het HIC-model ook een ongekende samenwerking vanuit de zorg, wetenschappers en ervaringsdeskundigen.

Hij vond dat ervaringsdeskundigen het openingsritueel behoorden te voltrekken, en een aantal aanwezige ervaringsdeskundigen van GGZ Breburg onthulden vervolgens een kunstwerk van een oude separeerdeur bedrukt met teksten.

Rondleiding
Na de pauze begon de rondleiding, verdeeld in kleinere groepjes. Hieronder zal ik uitleggen wat ik heb gezien.

Er waren in totaal 5 verschillende types faciliteiten:   1. Medium Care, 2. High Care, 3. Intensive Care met open deur, 4. Intensive Care met dichte deur en 5. EBK (Extra Beveiligde Kamer)

 

1. Medium Care = een gesloten afdeling met 10 eenpersoons-slaapkamers, en een gezamenlijke huiskamer, keuken en activiteitenruimte.

Medium Care slaapkamer
Afbeelding: Medium Care slaapkamer

 

De tweede variant was de High Care-afdeling:

2. High Care = gesloten afdeling met 10 eenpersoons-slaapkamers, en een gezamenlijke huiskamer, keuken en activiteitenruimte.

High Care slaapkamer
Afbeelding: High Care slaapkamer

Zowel bij Medium Care als bij High Care kan er een logeerbed voor een naaste in de slaapkamer worden bijgezet. Er zijn ook Familie-kamers, waar naasten kunnen intrekken (hetzelfde type kamer).

 

De derde variant was de Intensive Care:  Hier wordt intensieve 1 op 1 begeleiding gegeven, de psychiater komt 2x per dag langs.

3. Intensive Care = een gesloten afdeling met 4 grote afsluitbare kamers ofwel “Intensive Care-units” en 2 Extra Beveiligde Kamers (EBK).

4. Intensive Care Unit = grote slaapkamer die op slot kan

Bij de Intensive Care zitten er lampjes in de deurklink. Het lichtje in de deurklink kan door de client ingesteld worden op Groen of Oranje, of door de verpleging op Rood. Groen betekent : open deur, Oranje betekent: dichtgemaakt door client, en Rood betekent: op slot door verpleging.

Intensive Care deur   Intensive Care Unit
Afbeelding: Intensive Care unit

 

Het laatste type is de Extra Beveiligde Kamer (EBK)

5. Extra Beveiligde Kamer (EBK) = separeer of isoleercel, hoewel men dat ontkent, en zegt dat een EBK “humaner” is dan een separeer, omdat er een soort rare WC in zit.

De 2 aanwezige EBK’s wil men overigens NIET gaan gebruiken. Men wil dat de zorg op de IC zo goed is dat de EBK niet nodig is.

EBK - Extra Beveiligde Kamer

EBK toiletEBK raamEBK deur EBK deur

EBK bel en krijtbordkale EBKEBK - Extra Beveiligde KamerEBK - Extra Beveiligde Kamer
Afbeelding: EBK – Extra Beveiligde Kamer

Tja. Wat vind ik hier nou van. Het is behoorlijk dubbel allemaal. De slaapkamers op zich zeggen natuurlijk niet zoveel. Het gaat om de uiteindelijke sfeer en de bejegening. En de EBK is natuurlijk gewoon een isoleercel, ongeacht de officiele naam. (Het blijft onbegrijpelijk dat de Inspectie voor de Gezondheidszorg deze ruimtes als pseudo-alternatief voor separeercellen voorschrijft). De EBK heeft niets met goede zorg te maken. Het is een brute afstraffing van psychiatrische problemen. Dat is barbaars en primitief. Echte zorg is iets heel anders.

Ik was er behoorlijk ziek van om deze EBK te zien. Ik was meteen bang dat men helemaal niets geleerd had in de afgelopen jaren. Ik had op zich een redelijk vertrouwen in het HIC-model, maar  als je dan zo’n cel ziet, dan vraag je je toch af of dat vertrouwen terecht is. Maar er is wel een lichtpuntje. Een aantal jaren geleden waren er nog 28 separeercellen bij GGZ Breburg. Dat is via de projecten Dwang en Drang eerst afgebouwd naar 14, toen naar 11, toen naar 8, en nu zullen er nog 4 EBK’s overblijven.  Het worden dus wel steeds minder cellen, en dat is een reden om toch hoop te houden, ondanks de absurde, onmenselijke, vernederende EBK, die meer lijkt op een politiecel dan op een zorg-faciliteit.

Ik weet dat men de cel niet wil gaan gebruiken, (en dat de cel wellicht om die reden zo afschrikwekkend is opgezet). Men wil inzetten op Intensive Care, maar die kan ook op slot. In totaal zijn er behalve de 4 EBK’s bij heel GGZ Breburg in totaal ook nog 8 IC-Units die op slot kunnen.  En het is mij niet duidelijk of de overige slaapkamers mogelijk door de verpleging op slot kunnen worden gezet (zoals een zogeheten kamer-programma of verplichte rusttijd). Maar aangezien GGZ Breburg wel ambitie toont in het afschaffen van dwang, hoop ik dat dit niet gebeurt.

De hele HIC-afdeling blijft een heel dubbel gevoel oproepen, want je kan er niet weg. Hoe is het om opgesloten te zitten in een iets luxere kamer (IC-unit), ook al is het geen EBK-cel? Of om verplicht op een afdeling te zijn waar je niet af mag, enkel een paar meter binnentuin…?  Dat is nog steeds niet prettig.  De instelling heeft wel zijn best gedaan om de slaapkamers mooi te maken, door een grote verbouwing, en er valt bijv. veel meer daglicht binnen. Maar toch, het blijft een instelling. De gangen met kamerdeuren zijn gebleven.  En de afdelingen zitten allemaal op slot, dus je kan er niet zomaar uit. Dan is 1 vleugel van dit gebouw je hele leefwereld. Dat vind ik toch wel beklemmend, en het roept een gevoel van ongelijkheid en minderwaardigheid (ondergeschiktheid) op als een ander bepaalt waar je mag gaan en staan.

gang van High Care-afdeling 
Afbeelding: gang van High Care afdeling

De hele situatie doet me ook denken aan de opening van de High Care-unit bij GGzE in Eindhoven in 2012.  (zie ook: https://tekeertegendeisoleer.wordpress.com/2012/10/07/high-care-unit-van-ggze-brengt-me-van-mijn-stuk/ )

Ook dat is een nieuw gebouw met veel licht, kleur en technologische snufjes, bedoeld als zogenaamde Healing Environment (helende omgeving). Maar het is wel een afgesloten gebouw, een gesloten afdeling. Als je daar zit, dan mag je niet weg.

Ik herinner me een zeer treffende presentatie van Chantal Schiks, ervaringsdeskundige en herstelcoach (oa bij GGzE). Zij gaf eens een sterke illustratie van een Helende Omgeving. Ze legde uit dat haar auto soms een helende omgeving is waar ze helemaal tot rust kan komen, maar niet als ze in de file staat… en dat geldt ook voor de bank thuis, die is tijdelijk prettig, maar gaat ook vervelen. Het is belangrijk dat je uit de auto kan stappen, of je huis uit kan gaan als het niet meer fijn en helend voelt. De optie om eruit te kunnen is belangrijk.

En dat is precies wat ik ook voel bij de High Care (HIC) van Breburg. Het gaat niet om het gebouw. Het gaat om het leven van de mensen die erin moeten zitten, en dat kan je niet zien aan de muren.

Het feit dat er sloten op de deuren zitten, wekt bij mij de vraag op in hoeverre dit anders is dan een  andere gesloten afdeling??

En het feit dat de sloten een grotere rol krijgen bij Intensive Care is toch ook zorgwekkend, omdat er blijkbaar nog steeds een automatische link wordt gelegd tussen de intensiteit van de zorgvraag en de mate van vrijheid.  Wat men noemt: opschaling naar 1 op 1 begeleiding op de Intensive Care, kan men ook uitleggen als een verdere exclusie van de groep en een verarming van het sociale leven.  Is dat uberhaupt helend??

Het is ook ronduit bizar om te zien dat de Helende Omgeving stopt bij de EBK (daar is frisse buitenlucht al taboe). Daar houden dus alle principes op te bestaan… Dan ben je de beschaving voorbij… En dat is dan blijkbaar nog steeds gewoon legaal, zonder proces of strafblad in een cel, onder het mom van ZORG??

En is het helend om opgesloten te worden in een slaapkamer (IC-unit)??  Is het helend om opgesloten te worden in een prive-vleugel?  Is het helend om opgesloten te worden met een groep van 10 anderen met een mooie slaapkamer voor jezelf en een groep verpleging die je verder ook niet kent?? Is een kliniek uberhaupt een zinnig concept??

Geestelijke gezondheidszorg hoeft in principe niet locatie-gebonden te zijn, en zeker niet in een isolement.

 

Ik denk dat oprecht dat er een ander antwoord op crisis-situaties nodig is, waarbij de client niet zijn vrijheid hoeft in te ruilen voor hulp, en waarbij er ruimte is voor maximale diversiteit, want geen enkele situatie is hetzelfde.

Er zijn ook echte alternatieven, zoals bijvoorbeeld een Eigen Kracht-conferentie (www.eigen-kracht.nl ) , waarbij de persoon en het netwerk gezamenlijk de wenselijke ideeen in kaart brengen om een crisis-situatie te doorstaan, en daarmee onwenselijke maatregelen zoals dwang en opname kunnen voorkomen.

Ook de Open Dialogue-benadering (https://www.youtube.com/watch?v=ywtPedxhC3U ) is een zeer inspirerende ontwikkeling, waarbij mensen in een psychotische episode niet langer uitgesloten worden van contact (zoals het ouderwetse verbannen naar totale eenzaamheid of wegdrogeren), maar waar juist het gesprek wordt aangegaan om samen te leren leven, in welke hoedanigheid dan ook.

 

Mijn conclusie
De HIC-afdeling van Breburg op zichzelf is dus niet echt vernieuwend, en ongeveer even dubbelzinnig als de High Care-afdeling van GGzE, met mooie woorden en mooie verf voor een gesloten afdeling, en nog steeds isoleercellen.

MAAR, toch zijn er wel echt tekenen van een cultuurverandering. De verbouwing is een gevolg van een bewustzijnsverandering, en ook zonder de verbouwing heeft men het separeergebruik al drastisch teruggedrongen op deze locatie, dus wellicht geeft deze verbouwing weer een extra zetje aan de cultuurverandering, en kan men nu voorkomen dat men de lugubere EBK in gebruik neemt.  We zullen het zien.

Daarnaast maakt de HIC-afdeling (de fysieke, klinische afdeling) deel uit van een groter verander-traject: het HIC-model, waarbij opname niet langer centraal staat bij de zorg, maar enkel dient voor crisis-situaties die de ambulante zorg (nog) niet aankan.

Voor informatie over het bredere HIC-model, zie:  https://tekeertegendeisoleer.wordpress.com/2014/06/11/hic-congres-5-juni-2014-nooit-meer-eenzame-opsluiting/

Het HIC-model is een doorontwikkelings-model, dwz dat de situatie nog niet uit-ontwikkeld is. Het is de bedoeling om steeds meer goede zorgpraktijken bijeen te brengen, waardoor dwang overbodig zal worden. De ervaringen van clienten en andere betrokkenen zullen moeten uitwijzen hoe de HIC-afdeling, en het HIC-traject bij GGZ Breburg uiteindelijk bevallen.

We kunnen enkel hopen dat er via het hele HIC-traject uiteindelijk een doorbraak gerealiseerd kan worden in het afschaffen van de ouderwetse opsluit- en dwangpraktijken. Van 28 naar 4 cellen is sowieso hoopgevend. Ik kan alleen maar zeggen: Ga door met veranderen!