Consultatie: Staat van de Grondrechten

Gisteren, op dinsdag 28 mei 2013, was ik bij het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) voor een expertmeeting over het opstellen van een Nationaal Actieplan voor de Mensenrechten (NAM). Ik was er op eigen initiatief. Ik had de dag ervoor gehoord van deze bijeenkomst, en zelf een email gestuurd met de vraag of ik mocht komen, en dat mocht.

Het ging over de ontwikkeling van een rapportage met de naam: “Staat van de Grondrechten”. De bedoeling van de overheid is om een twee- tot driejaarlijkse trendrapportage op te stellen waarin feiten en cijfers over de grondrechtensituatie in Nederland centraal staan. Een onderdeel daarvan is het Nationaal Actieplan Mensenrechten. Het opstellen van een dergelijk plan wordt aanbevolen door de Verenigde Naties en de Raad van Europa. Met de focus op het binnenland zal de Staat van de Grondrechten een aanvulling zijn op de Mensenrechtenbrief van het Ministerie van Buitenlandse Zaken en de EU-Mensenrechtenstrategie.

De Staat van de Grondrechten zal uit drie delen bestaan:
* een feiten-/cijferoverzicht van de grondrechtsbescherming in Nederland;
* een schets van de belangrijkste nationale en internationale aanbevelingen die Nederland de afgelopen jaren ontvangen heeft;
* een Nationaal Actieplan Mensenrechten (NAM).

Gisteren was de eerste consultatie-vergadering met een delegatie van verschillende ministeries (BZK, V&J, VWS, SZW) en verschillende maatschappelijke organisaties (zoals Amnesty, Nederlands Juristen Comite voor de Mensenrechten, Defence for Children, Privacy First , de Coalitie voor Inclusie, Mind Rights enz.).
De centrale onderwerpen voor de bijeenkomst waren: Wat is de bedoeling van dit rapport, Wat zijn de achterliggende gedachten en Hoe denken wij erover?

Nou, ik heb dus zeker wel ideeen over de mensenrechten-verbetering in Nederland, daarom wilde ik ook bij deze expertsessie zijn. Het was mijn eerste keer bij het ministerie van Binnenlandse Zaken.

Bij de introductie-ronde gaf ik al aan dat ik enkele weken terug een schaduw-rapport over mensenrechtenschending in de zorgsector in Nederland heb ingezonden en gepresenteerd aan het CAT-committee van de Verenigde Naties (VN).
(zie de vorige blog-post en mijn reisverslag op http://punkertje.waarbenjij.nu/reisverslagen/443053/cat-review-of-the-netherlands-2013/1 )

Het CAT-committee is bezig met een rapport over Nederland, zie http://www2.ohchr.org/english/bodies/cat/cats50.htm. Aanstaande vrijdag 31 mei zal het CAT-committee om 14.00 een persconferentie geven, waarbij waarschijnlijk ook aandacht zal zijn voor de CAT-Concluding Observations over Nederland, met daarin wellicht nieuwe aanbevelingen voor de verbetering van de mensenrechtensituatie in Nederland, en vermoedelijk relevant voor de Staat van de Mensenrechten.

Het grootste deel van de tijd hebben we gediscussieerd over de vorm, functie, aard enz. van het toekomstige Staat van de Mensenrechten-rapport. Het hoeft niet eens een rapport te zijn, maar kan ook een website zijn oid. In brede zin zal het gezamenlijke proces leiden tot een “product” over de stand van de mensenrechten in Nederland. Dit riep ook vragen op zoals: Wat is het doel van het rapport, wat is de doelgroep (ministerie, politici, en burgers).

Ook werd gebrainstormd over het nut van een inventarisatie, waarvan er al talloze zijn, maar waarin ook duidelijkheid gegeven kan worden over zaken zoals: Wat bedoelen we met mensenrechten, waar gaat het over, waar staan we nu.

Het ging vervolgens over feiten en cijfers, van bijvoorbeeld rechtszaken, waarop men de inventarisatie van de mensenrechten wilde gaan baseren, maar daarop heb ik flink weerwoord geboden. Mijn achterban heeft namelijk geen toegang tot het rechtssysteem, en dus zie je de mensenrechtenschendingen ook niet terug in de cijfers.

Voor het toekomstige rapport vind ik het vooral belangrijk dat burgers wegwijs worden mbt de mensenrechten. Mijn achterban zit namelijk helemaal klem en heeft helemaal geen toegang tot het rechtssysteem. De wet vindt het namelijk niet fout dat mensen worden opgesloten of vastgebonden in de zorg. En omdat de wet dan in zulke gevallen niet gebroken is, wordt ook een rechtszaak haast onmogelijk, dus wijzen advocaten je af, en zelfs de Inspectie, de Ombudsman, het College van de Rechten van de Mens. De klachten van mijn achterban komen daardoor ook niet bij het Europees Hof. Waar kan je dan heen, als je klachten niet door de wet erkend worden?
Ik zou dus graag willen zien dat er een duidelijk overzicht komt, waar burgers wat aan hebben, zodat ze kunnen zien waar ze met hun klachten heen kunnen gaan, en dan niet alleen een overzicht van de nationale mechanismen, want soms werkt dat dus niet, dus het is belangrijk om ook de internationale procedure-mogelijkheden te beschrijven, zoals de Special Rapporteurs, en de individuele klachten-mogelijkheid onder OPCAT.

Het leek erop alsof dat genoteerd werd, en verschillende sprekers na mij refereerden terug aan de rechteloze positie van bepaalde kwetsbare groepen.

Daarna werd er gepraat over burgerrechten en de rol van de overheid. De overheid bejegent burgers tegenwoordig vaak als “onbetrouwbare onderdanen” en zelfs als objecten die allerlei dingen moeten doen, en die allerlei deel-identiteiten bezitten (zorg-consument, oudere, migrant enz.). In plaats van burgers te beschouwen als mensen met een eigen identiteit, die in samenspel met de samenleving leven, en die idealiter gefaciliteerd worden door een bestuurslaag die zich dienstbaar opstelt.
Het ging vervolgens nog even over het verschil tussen grondrechten (als bindende verplichtingen van de staat) en mensenrechten.

Men wil spoedig een eerste Staat van de Grondrechten uitbrengen, en men vroeg zich gezien die tijdsdruk af of het mogelijk was om een selectie van de mensenrechtenthema’s en VN-aanbevelingen te maken om als eerste mee aan de slag te gaan.
Er werd vanuit de deelnemers (Amnesty) opgemerkt om vooral de dialoog aan te gaan, en “niet te hard in te zetten op mensenrechtenschending, want dat kan de dialoog bemoeilijken, en is vaak ook moeilijk hard te maken”.

Ik zat inmiddels op het puntje van mijn stoel en ik wilde graag reageren op deze punten.
Ik zei : “Kwetsbare groepen worden gecreeerd door de maatschappij en de publieke opinie, dus het lijkt me erg gevaarlijk om te gaan stemmen over welke rechten er opgenomen gaan worden in het rapport. Voordat er vrouwenrechten waren was er ook geen meerderheid die daarvoor stemde, en het is nou juist de VN die dan een verdrag opstelt om kwetsbare groepen te beschermen. Elk verdrag gaat uiteindelijk om dezelfde rechten, alleen expliciet verduidelijkt voor een bepaalde doelgroep, waarbij het blijkbaar vaak en structureel misgaat om deze rechten te waarborgen. En nu is er dus een nieuw VN-verdrag voor de Rechten van Personen met Beperkingen (CRPD), waaronder ook psychiatrische patienten benoemd zijn.
Veel mensen zijn nog steeds van mening dat mensen met psychische problemen opgesloten moeten worden vanwege veiligheid en bestwil, maar dat is dus niet zo, en de VN erkent inmiddels dat dit mensenrechtenschending is, zie bijvoorbeeld de stukken van de Special Rapporteur on Torture (A/HRC/22/53 en Oral Statement) en het nieuwe mensenrechtenverdrag CRPD. Alleen de Nederlandse Staat erkent dwang in de zorg nog niet als mensenrechtenschending, en beroept zich op Europese richtlijnen en mensenrechtenverdragen van de Council of Europe (COE) , maar die zijn verouderd en zullen nog aangepast gaan worden (het CRPD is immers het eerste verdrag dat door de Europese Unie als eenheid is geratificeerd, en men wil hier dan ook de nodige daadkracht aan toevoegen). Dus mijn vraag is: Welke positie neemt de overheid hierin? Welke lijn mbt mensenrechten gaat dit rapport volgen? De VN of de Raad van Europa (COE)?
Voor mij is het absoluut ondenkbaar om alleen de ‘acceptabele’ onderwerpen te selecteren en over het mensenrechten-kader te gaan onderhandelen. De VN geeft ons de mensenrechten, en wij hebben deze rechten, of ze nu door de staat en de Raad van Europa erkend worden of niet. Het is voor ons heel simpel: Als het gaat over mensenrechten, dan horen wij erbij want de VN erkent onze rechten, maar als het gaat over de erkende rechten in de Nederlandse Staat, dan vallen wij daarbuiten. Dus ik wil graag weten waar het hier over gaat.
En als mijn onderwerp “te controversieel” is en teveel discussie geeft om op de agenda gezet te worden, dan kan ik misschien beter meteen weggaan.”

Ik had tranen in mijn ogen, want de toonzetting van de vergadering gaf me de indruk dat men het rapport vooral “simpel” wilde houden, waarmee men voorbij dreigt te gaan aan een aantal werkelijke mensenrechtenschendingen in ons land. Dan zou dit rapport ook weer zo’n “schone-schijn-document” worden, wat niet uitdaagt of aanzet tot verbetering, maar waarmee alles bij het oude blijft, omdat het gebaseerd is op bestaande acceptatie, alsof het allemaal wel goed is nu en er alleen maar veranderingen binnen de marge nodig zijn. Dat schiet niet op, en bagatelliseert bovendien de mensenrechten van een aanzienlijk deel van de samenleving. Er zijn werkelijke problemen waarop actie nodig is, en die moeten op de agenda. En het plan dat er binnen een bepaalde tijd een rapport moet verschijnen mag niet belangrijker zijn dan de inhoud ; de mensenrechtenbescherming van kwetsbare groepen.

Ik was dus echt aangedaan door de ontstane situatie, en ik maakte vol emoties mijn punt, en ik vroeg me openlijk af of ik wel thuishoorde op deze vergadering. Maar niemand wilde dat ik weg zou gaan, en ze vroegen of ik asjeblieft wou blijven, want men vond het belangrijk wat ik zei. Dus ik bleef.

De voorzitter zei nog iets in de algemene trant van “we gaan ons best doen om zoveel mogelijk van de input te verwerken en we vinden het allemaal erg belangrijk om de mensenrechten te verbeteren”, en ik flapte er per ongeluk uit: “Ja, dat hoor ik ook al 20 jaar…”. (daarmee gaf ik aan dat ik niet veel vertrouwen had in de overheid). Maar ik ben dus wel bij de vergadering gebleven. Die was inmiddels bijna afgelopen. Ik was zelf nog wat overrompeld van de heftigheid, en misschien de rest ook wel, want er kwam een soort natuurlijk einde aan de bijeenkomst.

Mijn punten leken opnieuw wel gehoord te zijn, en met name door de maatschappelijke organisaties. Aan het einde kreeg ik nog een paar visitekaartjes van Amnesty en Defence for Children, die ik inmiddels mijn CAT-schaduwrapport over mensenrechtenschendingen in de geestelijke gezondheidszorg in Nederland heb toegezonden. Ik ben benieuwd naar de reacties.

Het was dus echt een pittige bijeenkomst, waarbij ik flink heb moeten pleiten. Het was een interessante discussie, en ik heb geen idee waar dit proces heen zal gaan. Het kan op zich nog alle kanten op. Ik sta nu inmiddels op de lijst voor consultatie, dus ik zal voorlopig in ieder geval nog betrokken zijn in dit proces. Maar ik blijf van mening dat onze fundamentele mensenrechten niet onderhandelbaar zijn. Wij hebben rechten, en die mogen we claimen. Ik ga het niet accepteren als onze rechten nu weer uitgesloten worden door de overheid. Het is 2013, en we leven in een nieuwe eeuw met nieuwe VN-normen. Dat kan Nederland toch niet ontgaan zijn, en anders zullen wij ze wel even wakker maken!